Home » Artikelen » Commentaar en achtergrond » 2 maart 1919: oprichting van de Comintern

2 maart 1919: oprichting van de Comintern

Honderd jaar geleden, op 2 maart 1919, kwamen 53 afgevaardigden van linkse en communistische partijen in Moskou bijeen om een nieuwe internationale op te zetten. Zes maanden later telde de Communistische Internationale al een miljoen leden.

Dossier door Per-Ake Westerlund

Socialisten moeten de geschiedenis bestuderen en er lessen uit trekken. De Comintern toonde de kracht van de arbeidersklasse in een revolutionair tijdperk. Het toonde dat er revolutionaire massapartijen nodig waren om een einde te maken aan de oorlog en de uitbuiting van het kapitalisme.

Rechtse politici en kapitalistische commentatoren gebruiken de degeneratie van de Russische Revolutie tot een dictatuur onder Stalin als argument tegen de Comintern en tegen socialisme in het algemeen. Nochtans waren het net de nederlagen van revoluties in andere landen die het fundament legden waarop het stalinisme kon groeien. De politieke en organisatorische zwakte van de nieuw gevormde communistische partijen en de Comintern liet ruimte voor de contrarevolutie en het bijhorende isolement van de Sovjet-Unie. Stalin kwam toen met de slogan van ‘socialisme in één land’ en vestigde de macht van hemzelf en de bureaucratie met steeds bloediger repressie en zuiveringen. Het feit dat Stalin in 1943 de Comintern officieel ontbond, bevestigt de tegenstelling tussen het stalinisme en de politieke koers toen de Comintern werd opgezet.

Val van de Tweede Internationale

De arbeidersbeweging was altijd internationaal georganiseerd. De burgerij daarentegen was steeds gebaseerd op de natiestaten waarbij de macht in een land wordt uitgeoefend en oorlogen gevoerd worden of kolonies veroverd. De arbeidersklasse heeft gemeenschappelijke belangen over de nationale grenzen heen. Marx en Engels vatten dit samen in het slot van ‘Het Communistisch Manifest’: “Proletariërs aller landen verenigt u.” Het was toen en nu nog steeds aan de meerderheid van de bevolking, de werkende klasse, om een nieuw sociaal systeem te vestigen: socialisme.

De Eerste Internationale werd in 1864 opgezet en omvatte verschillende stromingen van marxisten tot anarchisten en vakbondsleiders. De Tweede Internationale werd in 1889 opgezet en bestond uit de snel groeiende sociaaldemocratische arbeiderspartijen die in essentie opkwamen voor de revolutionaire opvattingen van Marx. In deze internationale zaten ook de Russische sociaaldemocraten, waarvan de Bolsjewieken onder Lenin de linkervleugel vormden.

De Tweede Internationale stortte in elkaar toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Ondanks herhaaldelijke verklaringen van alle sociaaldemocratische partijen tegen de oorlog, kozen bijna alle partijleiders ervoor om hun land te steunen in de oorlog. De Duitse sociaaldemocraten organiseerden een week na het uitbreken van de oorlog nog massabetogingen tegen de oorlog, maar de parlementsleden van de partij stemden wel voor de oorlogskredieten. In land na land stemden de sociaaldemocratische partijen in met ‘sociale vrede’ om burgerlijke regeringen en monarchieën te ondersteunen.

De capitulatie van de sociaaldemocratische partijen was een schok voor Lenin en Rosa Luxemburg, een van de leiders van de linkerzijde binnen de Duitse sociaaldemocratie.

Zimmerwald

Lenin kwam tot de conclusie dat er na de ineenstorting van de Tweede Internationale nood was aan een nieuwe, Derde Internationale. Een eerste stap daartoe was het bijeenbrengen van al wie zich in de sociaaldemocratische partijen tegen de oorlog verzette. Deze bijeenkomst gebeurde op een conferentie in Zimmerwald (Zwitserland) van 5 tot 8 september 1915. Zevenendertig vertegenwoordigers uit elf landen namen aan de conferentie deel, voornamelijk mensen uit de linkerzijde van de sociaaldemocratische partijen. Er waren officiële vertegenwoordigers van de Bolsjewieken en de Italiaanse Socialistische Partij. De slotverklaring die door Leon Trotski was voorgesteld veroordeelde de oorlog en de bedreiging die deze vormde voor de mensheid. Het manifest wees op de verantwoordelijkheid van de partijen die de oorlog steunden en riep op tot klassenstrijd tegen de oorlog en voor socialisme.

Op initiatief van Lenin kwam de linkerzijde van Zimmerwald meteen na de conferentie bijeen. Onder deze linkerzijde bevonden zich onder meer vertegenwoordigers van de Zweedse sociaaldemocratische Jongerenliga en de linkerzijde van de partij, Zäta Höglund en Ture Nerman. Er werd een secretariaat opgezet in Stockholm waar er in september 1917 een finale conferentie van de Zimmerwald-groep werd gehouden.

In Zimmerwald waren er vooral vertegenwoordigers van relatief kleine groepen, linkse minderheden en individuen in verzet tegen de oorlog. De krachtsverhoudingen veranderden door de Russische Revolutie. In februari 1917 werd de almachtige tsaar omvergeworpen. In oktober namen de democratische arbeidersraden, de Sovjets, de macht over onder leiding van de Bolsjewieken. In de eerste resolutie van de Oktoberrevolutie werd onmiddellijke vrede uitgeroepen. De Wereldoorlog leidde tot bijna 10 miljoen doden onder soldaten en 6 tot 7 miljoen burgerdoden.

Een internationalistische revolutie

Zowel de Russische Revolutie als de Bolsjewistische partij waren sterk internationalistisch. Het perspectief was steeds dat de machtsovername door de werkenden in de Russische Revolutie het begin vormde van een reeks internationale revoluties. De ervaring van Rusland was ook dat het alternatief op een machtsovername door de werkende klasse bestond uit de meest brutale reactie, zoals de dictatuur die generaal Kornilov in augustus 1917 probeerde te vestigen.

Wereldwijd keken werkenden en onderdrukten uit naar de Russische Revolutie. Dit gaf hen hoop op bevrijding van oorlog, tekorten en alle vormen van onderdrukking. Honderdduizenden activisten in de arbeidersbeweging begonnen zich met de Bolsjewieken te identificeren. Op 24 januari 1918 was er al een eerste conferentie met internationale deelnemers, waaronder leden van de Zweedse Linkse Sociaaldemocratische Partij SSV.

Internationalisme was ook het resultaat van de oorlog. In Rusland waren er twee miljoen oorlogsgevangenen. Veel van hen keerden terug naar huis als aanhangers van de revolutie. Er kwamen kranten en bulletins in heel wat talen. Toen de contrarevolutie naar de wapens greep en buitenlandse legers Rusland binnenvielen, sloten 50.000 mensen van buiten Rusland zich als vrijwilligers aan bij het Rode Leger.

Toen in november 1918 de revolutie in Duitsland uitbrak en de keizer werd afgezet, was de kwestie van een nieuwe internationale nog dringender. De Bolsjewieken veranderden hun partijnaam van sociaaldemocraten in communisten om het onderscheid te maken met de partijen die voor de oorlog waren. Er werden nieuwe communistische partijen opgezet in andere landen: Oostenrijk (3 november), Hongarije (24 november), Polen (15 december), Argentinië (19 januari), … De belangrijkste nieuwe partij was de Duitse Communistische Partij (KPD), opgezet op nieuwjaar 1919 met Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht als meest bekende leiders.

Na de novemberrevolutie werd Rosa Luxemburg bevrijd uit de gevangenis (ze zat vast wegens haar verzet tegen de oorlog). Ze stelde vast dat de Russische Revolutie de weg vooruit toonde en dat er een partij moest opgezet worden. In december trok een vertegenwoordiger van de Duitse communisten, Eduard Fuchs, naar Moskou voor discussies. In een gecodeerde boodschap bracht Rosa Luxemburg haar groeten over aan Lenin: “Moge God het komende jaar al onze wensen inlossen. Het allerbeste! Oom zal vertellen over ons leven en onze bezigheden. Ondertussen druk ik je de hand.”

Amper twee weken na het opzetten van de KPD warden Liebknecht en Luxemburg vermoord door Freikorpsen, milities die handelden op bevel van de sociaaldemocratische minister van politie Noske.

Het eerste congres

Op 24 januari kwam er in naam van de Russische partij en acht nieuwe Communistische Partijen een uitnodiging voor een stichtingsconferentie van een nieuwe internationale. De tekst was geschreven door Trotski op een ogenblik dat hij nog niet wist van de moorden op Luxemburg en Liebknecht. Trotski stelde dat er ofwel bloedige dictaturen van generaals zouden komen ofwel de heerschappij van de werkenden om “een nieuwe wereld op te bouwen op de brokstukken van de door oorlog vernielde landen.” De uitnodiging benadrukte hoe de sociaal-chauvinisten – die sociaaldemocratische partijen die de oorlog steunden – wapens gebruikten tegen de werkende klasse, zowel in Rusland als in Duitsland.

Er waren 39 groepen en partijen uitgenodigd. Vanuit Noorwegen, Italië en Servië ging het om massapartijen. In Zweden, Bulgarije en Nederland om belangrijke linkse afsplitsingen van de sociaaldemocratie. Het congres vond plaats tijdens de burgeroorlog in Rusland, met overal in Europa revolutie en contrarevolutie op de agenda. Verschillende afgevaardigden raakten niet in Moskou, onder hen Otto Grimlund van de SSV. Ture Nerman beschreef het congres nadien in zijn boek over de Comintern:

“Het congres werd op 2 maart om 18u geopend in het Kremlin. De lange hal was aangekleed met rode tafellakens met opschriften: ‘Leve de Derde Internationale.’ Aan de muren hingen portretten van revolutionaire leiders uit verschillende landen en er was een muur met de slachtoffers van de bevrijdingsstrijd van de werkenden: Karl Liebknecht, Rosa Luxemburg en anderen.

“Het was Lenin die de historische bijeenkomst opende. Zijn stenografisch genoteerde toespraak biedt een beeld van de sfeer op dat ogenblik in de kern van de nieuwe wereldbeweging: ‘In naam van het Centraal Comité van de Russische Communistische Partij open ik dit eerste internationale communistische congres. Ik vraag eerst en vooral om recht te staan voor een minuut stilte om de beste vertegenwoordigers van de Derde Internationale te herdenken: Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg. (een minuut stilte). Kameraden, onze bijeenkomst is van verregaand historisch belang. Het toont aan dat de illusies in de burgerlijke democratie aan diggelen liggen’.”

Voorbereiding van oprichtingscongres

Op het congres waren er 34 afgevaardigden met 56 stemmen. Eberlein was de enige vertegenwoordiger van de KPD en had 5 stemmen. Otto Grimlund van de SSV had drie stemmen, net als de vertegenwoordiger van de Noorse Arbeiderspartij en de drie vertegenwoordigers van de Finse Communistische Partij. Verder waren er 19 afgevaardigden met een raadgevende stem.

Hugo Eberlein kwam met een richtlijn van de KPD dat de conferentie slechts kon gezien worden als de voorbereiding op een oprichtingscongres en dat er niet meteen over de vorming van een nieuwe internationale kon gestemd worden. Lenin en de Bolsjewieken legden uit dat ze in dat geval bereid waren om de beslissing uit te stellen. Maar tijdens de bijeenkomst werd steeds meer gepleit om wel degelijk meteen de stap te zetten.

Otto Grimlund van de Zweedse SSV was één van de pleitbezorgers voor de directe oprichting van de Derde Internationale. Hij kreeg een antwoord van Eberlein: “Er bestaan slechts in enkele landen echte communistische partijen. Doorgaans zijn die slechts enkele weken oud. In verschillende landen waar er vandaag communisten zijn, bestaat er nog geen organisatie. Ik ben verrast dat de vertegenwoordiger van de Zweedse organisatie voor de oprichting van de Derde Internationale pleit en moet toegeven dat er in Zweden geen pure communistische organisatie is, maar enkel een grote communistische groep binnen de Zweedse Sociaaldemocratische partij.”

Grimlund wees er in zijn antwoord op dat “zijn partij Zimmerwald en de Bolsjewistische revolutie energiek had verdedigd.” (citaten uit het boek ‘Kommunisterna’ van Ture Nerman).

Toen het congres besloot om de Derde Internationale, de Comintern, op te zetten, stelde Eberlein dat hij nog twijfelde of dit de juiste stap was, maar dat hij zou proberen om zijn Duitse kameraden zo snel als mogelijk bij deze internationale te laten aansluiten.

Oproep voor arbeidersraden

Het congres zag in de oprichting van de Internationale een cruciale stap in de richting van een federale socialistische wereldrepubliek. Een samenleving die in een schril contrast stond met de slachtpartij van de wereldoorlog en de gevestigde dictaturen. De witte terreur werd in een specifieke resolutie aangeklaagd: “De tsaristische regering schoot werkenden neer, organiseerde pogroms tegen Joden, vernietigde al wat leefde; de Oostenrijkse monarchie smoorde de verontwaardiging van de Oekraïense en Tsjechische boeren en arbeiders en bloed; de Britse burgerij vermoordde de beste vertegenwoordigers van het Ierse volk; …”

Op basis van de ervaring van de Russische Revolutie werd nadruk gelegd op het belang van democratische raden gebaseerd op arbeidersdemocratie.

“Op basis van de stellingen en rapporten van de afgevaardigden uit verschillende landen, verklaart het congres van de Communistische Internationale dat de voornaamste taken van de Communistische Partijen in alle landen waar er nog geen Sovjet-regering gevestigd is de volgende zijn:

  • Aan brede massa’s van de werkenden het historisch belang en de politieke en historische noodzaak uitleggen van een nieuwe arbeidersdemocratie die in de plaats moet komen van de burgerlijke democratie en het parlementaire stelsel;
  • Het uitbreiden van de organisatie van sovjets onder de werkenden in alle sectoren van de industrie, onder soldaten in het leger, onder mariniers en ook onder landarbeiders en arme boeren;
  • Het uitbouwen van een stabiele communistische meerderheid binnen de sovjets.”

1919: jaar van revoluties

In 1919 hing de macht van de burgerij en het kapitalisme in de touwen. Enkele weken na het congres van de Comintern namen de Hongaarse arbeiders de macht en kort nadien vestigden de arbeiders in Beieren een Sovjet republiek. Die laatste republiek hield stand van 7 april tot 3 mei. Hongarije viel op 1 augustus. Beide opstanden werden bloedig neergedrukt.

1919 was ook een jaar van algemene stakingen met een wereldwijde arbeidersstrijd en radicalisering. Er waren massale algemene stakingen in onder meer Schotland, Peru en het pas gevormde Joegoslavië. Volledige steden werden overgenomen of bijna overgenomen door werkenden in strijd: Seattle, Winnipeg, Limerick, Barcelona, Glasgow, Belfast, Zurich, …

De Communistische partijen en de volledige Comintern groeiden snel in de herfst van 1919 en hadden een half miljoen leden buiten Rusland. In 1920 splitste de Duitse Onafhankelijke Sociaaldemocratische Partij (een afsplitsing van de SPD) en groeide de KPD met 300.000 nieuwe leden aan. Een meerderheid van de Franse Socialistische Partij sloot bij de Comintern aan (150.000 van de 200.000 leden). Er ontstonden grote communistische partijen in Tsjecho-Slowakije en Bulgarije.

De Comintern verschilde ook van de Tweede Internationale in het belang dat gehecht werd aan de koloniale revolutie. Op het Tweede Congres in 1920 waren er 30 afgevaardigden uit Azië, waaronder vertegenwoordigers uit naties en volkeren die onderdrukt werden onder het bewind van de tsaar.

Het optimistische perspectief van 1919 over een snelle machtsovername in Europa en de rest van de wereld, werd gestopt door de overwinningen van de contrarevolutie. Revoluties en stakingen toonden de kracht van de arbeidersklasse en konden toegevingen afdwingen, maar ze leidden niet tot een machtsovername door de werkenden.

De nood aan revolutionaire partijen

Het cruciale belang van een revolutionaire partij werd al tijdens de oprichtingsconferentie van de Comintern benadrukt. In het manifest dat door Trotski was voorbereid en unaniem werd aangenomen, stond:

“Als de Eerste Internationale de toekomstige koers van ontwikkeling voorspelde en de weg die deze zou volgen, als de Tweede Internationale miljoenen werkenden verzamelde en organiseerde, dan is de Derde Internationale de internationale van de openlijke massastrijd, de internationale van revolutionaire verwezenlijkingen, de internationale van de actie. De burgerlijke wereldorde is voldoende bekritiseerd met socialistische kritiek. De taak van de internationale communistische partijen bestaat uit het omverwerpen van die orde om in de plaats ervan een socialistische orde op te bouwen.”

De nieuwe communistische partijen hadden niet de lange ervaring van de Bolsjewieken. Duizenden actieve werkenden waren opgeleid door de politiek en strijd van de partij. De leiding onder Lenin en Trotski begreep dat een revolutie niet halfweg kan stoppen. De methode van ‘geduldig uitleggen’ was noodzakelijk in 1917, samen met concrete slogans als ‘Land, brood en vrede’ en ‘Alle macht aan de sovjets.’ Deze slogans stemden overeen met de ervaringen van de arbeiders en zorgden voor een massale toestroom in de partij.

In andere landen waren er nog geen communistische partijen of werden deze pas opgezet na revoluties. In 1919 was er een kans om de macht te grijpen in verschillende landen. De Duitse revolutie leed een nederlaag in de herfst van 1923, wat de weg opende voor de ergste reactie.

Het isolement van de Sovjet-Unie en de groeiende greep van het stalinisme maakten dat de Comintern een groot deel van de aantrekkingskracht verloor, ook al bleven de communistische partijen koppig (en verkeerdelijk) beweren dat ze in de voetsporen van Lenin en de Russische Revolutie traden. De echte marxisten waren de internationalisten die, samen met Leon Trotski, tegen het stalinisme streden.

Scroll To Top