Tussen 1990 en 2015 waren de 1% rijksten ter wereld goed voor een uitstoot die dubbel zo hoog was als de armste helft van de wereldbevolking. Dat opmerkelijk gegeven komt uit een studie van Oxfam en het Stockholm Environment Institute. Het rapport merkt nog op dat de kloof groter wordt. In deze periode van 25 jaar was er een toename van de uitstoot met 60%, maar die toename was onder de rijkste 1% drie keer zo groot als bij de armste helft.
Dat het klimaat er ernstig aan toe is, kan vandaag moeilijk nog ontkend worden. Extreem weer, droogte, bosbranden en andere uitdrukkingen van de klimaatverandering zijn zo sterk dat er niet naast kan gekeken worden. Delen van de wereld dreigen onbewoonbaar te worden. Onder de slachtoffers van extreem weer vinden we vooral gewone werkenden en armen. De 1% rijksten kan het zich permitteren om veilige onderkomens te zoeken en te betalen. Denk bijvoorbeeld aan die superrijken die veilige huizen in Nieuw-Zeeland aankopen omdat ze ervan uitgaan dat de impact van klimaatverandering daar het meest beperkt zal zijn.
Al te vaak wordt ervan uitgegaan dat klimaatmaatregelen doorgaans asociaal zijn. De ervaring met de groene beleidsmaatregelen die ingevoerd werden door regeringen met groene partijen versterkt dat natuurlijk. Veel groene partijen zijn ontstaan vanuit een terechte bekommernis om het milieu, maar vaak zonder de conclusie te trekken dat dit verbonden is met het kapitalistische productiesysteem. Bijvoorbeeld GroenLinks in Nederland gelooft dat je het systeem ”menselijke en groener” kunt maken. Het offensief van de neoliberale ideologie in de jaren 1990 maakte dat er van systeemkritiek amper nog sprake was bij de groene partijen. Het resultaat waren voorstellen die onvoldoende waren om de klimaatproblematiek echt aan te pakken en die bovendien vooral de gewone werkenden troffen. Allerhande ecotaksen of zelfs lage emissiezones treffen niet de grote bedrijven en hun rijke aandeelhouders die de 1% rijksten ter wereld vormen, maar werkende mannen en vrouwen (de werkende klasse).
De studie van Oxfam bevestigt dat klimaat een sociale kwestie is. Het kapitalisme leidt tot steeds meer ongelijkheid, ook op klimaatvlak. Dit systeem is niet in staat om de opwarming te stoppen. Zelfs een drastische verandering van individueel consumptiegedrag – zoals tijdens de Covid-19 pandemie – volstaat niet om de globale opwarming onder de 1,5 graden te houden. Zonder het productiesysteem zelf, het kapitalisme dus, te bestrijden, zal er geen antwoord geboden worden op de klimaatveranderingen en wordt het zelfs onmogelijk om de gevolgen van de reeds gebeurde veranderingen op te vangen of te beperken.
In recente protestbewegingen wordt steeds meer opgeworpen dat het systeem problematisch is. In de klimaatprotesten klonk het ‘System change, not climate change’. In het Black Lives Matter protest: ‘The whole system is guilty’. Dat is een bijzonder belangrijke stap vooruit in het erkennen van het centrale probleem. Als socialisten gaan wij een stap verder: we verwerpen het huidige systeem en organiseren ons bijgevolg om een einde te maken aan het kapitalisme dat niet vanzelf zal verdwijnen (dat zullen die superrijken niet zomaar aanvaarden). We pleiten bovendien voor een socialistisch alternatief: een samenleving waarin de behoeften en noden van de meerderheid van de bevolking centraal zijn en waarin de economie op basis van democratische planning wordt georganiseerd. Doe mee met Socialistisch Alternatief – ISA Nederland!