Home » Artikelen » Wat ging er mis in Sovjet Rusland – Deel 1

Wat ging er mis in Sovjet Rusland – Deel 1

Vandaag hoor je wel eens de term ‘socialisme 2.0’ vallen. Daarmee wordt een onderscheid gemaakt met de dictatuur van het stalinisme in Rusland en elders. Alleen valt het op dat sommigen die term vooral gebruiken om niet te moeten uitleggen waar het fout liep met het socialisme 1.0. Voor alle duidelijkheid: stalinisme was volgens ons geen ‘socialisme 1.0’ maar een karikatuur van het socialisme.

Voor marxisten is het belangrijk om een zicht te hebben op het verleden om vandaag sterker te staan in de noodzakelijke strijd voor socialistische maatschappijverandering.

Als bijdrage aan deze politieke opheldering publiceren we de eerste Nederlandse vertaling van de brochure ‘Hoe de bureaucratie de macht greep’ door George Collins, een militant van onze Zuid-Afrikaanse zusterorganisatie in de jaren 1980. Het is een oude tekst, uit 1986, maar nuttig als kernachtige brochure over de Russische ervaring.

Inleiding

Een jonge Zuid-Afrikaanse activist, de 20-jarige kameraad Bongani van de ondergrondse beweging in de township Tumahole, weerspiegelt de houding van serieuze strijders over de hele wereld ten opzichte van de noodzaak van socialistische theorie. Op de vraag van een journalist wat “de opvoeding van mensen” kan betekenen, antwoordde hij:

“Ik bedoel het soort onderwijs waarmee alle mensen tevreden zijn omdat ze betrokken zijn bij de besluitvorming in het belang van iedereen.

“Bijvoorbeeld, wanneer het gaat over de Russische Revolutie van 1917, zal het Bantoe-onderwijs [discriminerend onderwijssysteem opgelegd aan zwarten door de Zuid-Afrikaanse staat] je een aantal zaken vertellen over het feit dat Rusland een communistisch land is en over hoe slecht het communisme is.”

“Ze zullen je niet de ware feiten vertellen over wat er in die tijd in Rusland is gebeurd …”

“Zou je in dit land socialisme willen ?”

“Ja, want het gaat met het kapitalisme komaf maken.”

“Wat versta je onder kapitalisme?”

“Het is een systeem van privé-eigendom waarbij bepaalde individuen de productiemiddelen bezitten. Mijn ouders kunnen van maandag tot en met vrijdag een productie van R1.000 realiseren, maar ze krijgen bijvoorbeeld R50. Onze ouders worden dus uitgebuit waardoor bepaalde individuen rijk kunnen worden.

“Daarom geef ik de voorkeur aan socialisme, omdat dan de arbeidersklasse de productie zal controleren.” (Financial Mail, Johannesburg, 31 oktober 1986)

Het is niet toevallig dat deze kameraad het voorbeeld van de Russische revolutie gebruikt om dit punt te illustreren. De eerste (en tot nu toe enige) bewuste socialistische revolutie in de wereld, bewees onweerlegbaar de mogelijkheid om de heerschappij van de reactionaire klassen omver te werpen en de heerschappij van de arbeidersklasse te vestigen.

Ondanks systematische verdraaiingen door de kapitalistische media en het onderwijssysteem, zijn arbeiders, jongeren en boeren (vooral in de ontwikkelingslanden) zich bewust van de verbazingwekkende omvorming van Rusland, na de Oktoberrevolutie, van een achterlijk boerenland naar een supermacht.

Daarom is de Russische revolutie miljoenen onderdrukte mensen blijven inspireren met vertrouwen in hun eigen overwinning. Om dezelfde redenen bevat geen enkele andere gebeurtenis meer fundamentele lessen voor de arbeidersbeweging van vandaag.

Wat zijn de “ware feiten over wat er in die tijd in Rusland is gebeurd?” Met welk programma veroverde de Russische arbeidersklasse de macht? Zijn de fundamentele doelstellingen van dat programma vandaag nog steeds van toepassing in onze strijd ?

Kameraad Bongani noemt Rusland een ‘communistisch’ land. In hoeverre is het programma van de revolutie van 1917 in de praktijk gebracht? In hoeverre is Rusland in de richting van het communisme gegaan ?

Politiek bewuste arbeiders zijn er zich van bewust dat er ernstige problemen bestaan in de Sovjet-Unie. In 1956 hekelde Sovjetleider Chroesjtsjov de monsterlijke corruptie en repressie die de heerschappij van zijn voorganger Stalin van de jaren 1920 tot zijn dood in 1953 hadden gekenmerkt. Dertig jaar later klaagt Michail Gorbatsjov het voortdurende bureaucratische misbruik aan.

Kameraad Joe Slovo, leider van de Zuid-Afrikaanse Communistische Partij, uit vandaag zijn “woede en afschuw” over het feit dat hij een verdediger van Stalins regime is geweest. (Interview met The Observer, Londen, 1 maart 1987)

Maar veroordelingen, woede en walging geven geen antwoord op de echte vraag: wat gebeurde er na 1917 in de Sovjet-Unie waardoor dit leidde tot een regime van massale repressie? Wat blijft er zeventig jaar later over van het systeem van arbeidersdemocratie dat onder leiding van Lenin en Trotski werd ingevoerd?

Voor socialisten is het essentieel om deze vragen volledig en open te beantwoorden. Ons kritisch onderzoek naar de Russische revolutie en de daaropvolgende degeneratie heeft niets gemeen met de klassenhaat van de kapitalisten tegenover de USSR. We moeten “de ware feiten” kennen om de lessen te leren en om correct te reageren op het beleid van de huidige Sovjetleiding.

Kameraden moeten discussies organiseren waarin deze gebeurtenissen, en de ideeën die ze verklaren, kunnen worden geanalyseerd, waarin vragen kunnen worden gesteld en ideeën kunnen worden besproken. Deze brochure is bedoeld als bijdrage aan de discussie, en als inleiding tot verder lezen.

Elk van de vier onderdelen zou bijvoorbeeld de basis kunnen vormen voor een groepsdiscussie. Individuele kameraden zouden bijdragen kunnen voorbereiden over de onderwerpen (secties) waarin elk deel is verdeeld. De boeken en brochures die aan het einde worden vermeld, moeten worden bestudeerd door kameraden die de problemen grondiger willen begrijpen. Deze studie, en het trekken van de lessen hieruit, is de beste manier om de verjaardag van de Russische revolutie te herdenken.

George Collins, Oktober 1987

Deel één: De Russische arbeidersklasse grijpt de macht

De Oktoberrevolutie

Petrograd, hoofdstad van Rusland, in de nacht van 25 oktober 1917. De Eerste Wereldoorlog raast over de slachtvelden van Europa en de Russische Revolutie bereikt haar beslissende fase. Gewapende groepen van arbeiders en soldaten, die door de Bolsjewistische Partij georganiseerd waren, hebben controle genomen over de stad. De pro-kapitalistische Voorlopige Regering, geïsoleerd en in diskrediet, heeft haar activiteiten gestaakt.

In het Smolny Instituut, een voormalige meisjesschool, vindt het Al-Russisch Congres van Sovjets (verkozen raad) van Arbeiders- en Soldatenafgevaardigden plaats.

Enkele delegaties bestaan uit professionele politici, linkse intellectuelen of geradicaliseerde legerofficieren. Maar de grote meerderheid zijn vertegenwoordigers van de gewone werkende bevolking: “een grote massa van armoedige soldaten, ongewassen arbeiders, boeren – arme mensen, gebogen onder en bang voor de harde strijd voor het bestaan” (John Reed, Ten Days That Shook the World) – maar vervuld van een revolutionaire visie op de toekomst, en een gepassioneerde vastberadenheid om hun onderdrukking voor eens en voor altijd te beëindigen.

Reformisten uit de middenklasse klagen de Bolsjewieken aan en vragen dat het Congres wordt ontbonden! Maar afgevaardigde na afgevaardigde van arbeiders, boeren en soldaten overstemt hen met de wil en inspiratie van een massa die opstaat.

Een soldaat beschrijft de sfeer: “Ik vertel je, de Letse soldaten hebben vele keren gezegd: ‘Geen resoluties meer! Geen woorden meer! Wij willen daden – de macht moet in onze handen zijn!’” De zaal, zo geeft John Reed aan, “daverde onder het gejuich…”

Onder tumultueus applaus kondigen de Bolsjewieken de overdracht van de macht aan, naar de staat aan de sovjets van de werkende bevolking.  Een “Verklaring aan arbeiders, soldaten en boeren”, door de bolsjewieken voorgesteld, wordt uitbundig aangenomen. Het vat de onmiddellijke taken samen:

“De Sovjetmacht zal aan alle volken een democratische vrede en een onmiddellijke wapenstilstand aan alle fronten voorstellen. Zij zal zorgen voor de overdracht zonder schadeloosstelling van de grond van de landheren, de domeinen en de kloosters, aan de landcomités. Zij zal de rechten van de soldaat verdedigen door de volledige democratisering van het leger door te voeren. Zij zal de arbeiderscontrole op de productie instellen. Zij zal ervoor zorgen dat de stad brood en het platteland de noodzakelijke gebruiksvoorwerpen ontvangt. Zij zal aan alle naties, die in Rusland wonen, het werkelijke recht op zelfbeschikking waarborgen.”

Het congres besluit dat alle lokale macht wordt overgedragen aan de Sovjets van Afgevaardigden van Arbeiders, Soldaten en Boeren, die verplicht zijn een waarlijk revolutionaire orde te verzekeren.

Onder een regering van de revolutionaire arbeiderspartij, gesteund door de meerderheid van arme boeren, bevrijdde de Russische bevolking zichzelf van eeuwen slavernij. Op deze manier wierpen ze de voorwaarden voor het bestaan van het kapitalistisch systeem omver.

Lenin sprak de volgende avond tot het Congres toe. Wanneer hij zichzelf eindelijk hoorbaar kon maken boven het daverend applaus, bevestigden zijn eerste woorden de taak die de democratische revolutie op de agenda had geplaatst: “We zullen nu overgaan tot het vestigen van de socialistische orde.”

Doorheen de lange en harde jaren van strijd die aan deze avond voorafgingen, hadden marxisten in theorie uitgewerkt wat deze taak zou inhouden. Nu was het aan de Bolsjewistische leiders om het in praktische termen uit te leggen.

Leon Trotski, samen met Lenin de grootste autoriteit van de Russische revolutie, sprak later diezelfde nacht:

“We stellen echter al onze hoop erop, dat onze revolutie een Europese revolutie ontketenen zal. Als de opstandige volken van Europa het imperialisme niet zullen vernietigen, dan zullen wij vernietigd worden. Of de Russische Revolutie zal een storm van strijd in het Westen teweegbrengen, of de kapitalisten van alle landen zullen onze revolutie wurgen.” (Trotski, Geschiedenis van de Russische Revolutie, volume 3, pagina 1364)

De afgevaardigden, zo omschreef een toeschouwer, begroetten deze woorden ‘met een uiterst strijdbaar gejuich’. Blijkbaar hadden Lenin en Trotski de gedachten en gevoelens tot uitdrukking gebracht van de grote meerderheid van revolutionaire strijders die in het Smolny aanwezig waren die avond.

Op die manier bevestigde het nieuwe, proletarische regime in haar allereerste uren twee fundamentele voorstellen van het marxisme – niet langer als theoretische concepten, maar als de basis voor het overheidsbeleid:

  1. Democratie en een oplossing voor de landkwestie is in een onderontwikkeld land als Rusland enkel mogelijk onder de leiding van de arbeidersklasse, samen met de val van het kapitalisme en de overgang naar socialisme.
  2. Socialistische revolutie kan niet worden beperkt tot de grenzen van één land; het kan enkel ontwikkelen doorheen de strijd voor het omverwerpen van het kapitalisme op wereldschaal.

Het vervolg van deze brochure zal het hebben over het lot van de Russische revolutie in de tien tot twintig daaropvolgende jaren, en de vervanging van een arbeidersdemocratie naar een monsterachtige, bureaucratische dictatuur behandelen. Door deze ontwikkelingen zorgvuldig te bestuderen, kunnen lessen worden getrokken voor de belangrijke strijd voor het omverwerpen van het kapitalisme vandaag en de opbouw van gezonde arbeidersdemocratieën in de volgende periode.

De Contrarevolutie

Marx en Engels achtten het meest waarschijnlijk dat het kapitalisme eerst verslagen zou worden in de ontwikkelde landen, waar de arbeidersklasse het sterkst was, en waar de industriële basis bestond voor de overgang naar socialisme.

In plaats daarvan brak in oktober 1917 de ketting van het kapitalisme in haar zwakste schakel.

De regering van bolsjewieken erfde een achtergestelde samenleving in een staat van desintegratie, door drie jaar oorlog verzwakt was en een reeks van verwoestende nederlagen door Duitsland.

De imperialisten konden niet verdragen dat hun gezag werd betwist en dat hun belangen in Rusland werden bedreigd door de bolsjewieken. Zoals een pro-kapitalistische historicus openlijk toegeeft: “Ze (de imperialistische leiders zoals Churchill en Foch) waarschuwden dat het Bolsjewisme een gevaarlijke dreiging was voor de hele wereld en zou moeten worden neergeslagen wanneer het nog zwak was”. (J.N. Westwood, Russia 1917 to 1964, pagina 38)

In Rusland werd de revolutie bestreden door de geprivilegieerde en reactionaire klassen, alsook de reformisten in de arbeidersbeweging, met alles wat binnen hun mogelijkheid lag – boycotten, economische sabotage, zelfs de dreiging van een algemene staking.

Arbeiderscontrole over de productie, via een systeem van bedrijfs-, regionale en nationale comités, werd uitgeroepen om de activiteiten van de kapitalisten te controleren. Maar er bleek geen vredevolle wijze te bestaan om de uitbarsting van klassenstrijd, ontketend door de revolutie, te beheersen.

Enerzijds weigerden de kapitalisten om arbeiderscontrole toe te staan, anderzijds stopten de arbeiders (waar ze hun macht deden gelden) niet in het ‘controleren’ van de kapitalisten. Ze namen de bedrijven in hun geheel over, nog voor hun regering in de mogelijkheid was om hen van steun en middelen te voorzien.

Deze strijdbewegingen in de industrie bevestigden heel duidelijk het perspectief dat Trotski in zijn theorie van de ‘permanente revolutie’ uitlegt: eens de arbeidersklasse de macht neemt, zelfs in een achtergesteld land, wordt het onmogelijk haar programma te beperken tot de limieten van het kapitalisme. De arbeiders zullen onvermijdelijk overgaan tot het onteigenen van de kapitalisten en tot het programma van socialistische omvorming.

Een burgerlijke historicus beschreef de verregaande verlamming van de Russische samenleving toen de strijd tussen de klassen heviger werd:

“In de lente van 1918 was de Russische economie het punt van volledige ineenstorting nabij. Geld had alle waarde verloren, geproduceerde goederen verdwenen uit de winkels, de winkels zelf sloten wanneer de normale handelskanalen ophielden te functioneren; speculatie en corruptie waren schering en inslag.” (Theodore H. von Laue, Why Lenin? Why Stalin? Pagina 154)

Honger nam toe in de steden omdat de voedselvoorziening bijna tot stilstand kwam: wanneer vervaardigde goederen niet door ruilhandel konden worden verkregen, waarom zouden de boeren dan meer voedsel voor de stedelijke markten voorzien?

Revolutionaire tegenmaatregelen werden genomen. De banken, ondanks hun hardnekkige tegenwerking, werden bezet en genationaliseerd in december 1917. De arbeiders namen spontaan meer en meer bedrijven over tot het decreet van juni 1918 alle belangrijke sectoren van de industrie in staatseigendom bracht.

Comités van arme boeren en gewapende afdelingen van arbeiders werden georganiseerd om de graanvoorraden die gehamsterd werden door de rijke boeren (Koelakken) in handen te nemen.

De onverzoenbare strijd tussen de klassen escaleerde in een krachtmeting op grote schaal. De gewapende contrarevolutie verscheen op het toneel, door een alliantie van het imperialisme met de Koelakken, de kapitalisten en restanten van tsaristische troepen. De Russische burgeroorlog woedde, met opstoten en tussenpozen, van mei 1918 tot de lente van 1921.

Burgeroorlog, zoals revolutie, dwingt elkeen om kant te kiezen – voor of tegen de regering. Rechtse ‘socialisten’, ex-revolutionairen en reformisten hadden een sterkere haat tegenover het marxisme dan angst voor de reactie. Zij namen in groten getale deel aan de woeste aanvallen tegen de arbeidersstaat.

In maart 1918 bezetten Britse troepen de noordelijke haven van Moermansk en in augustus namen ze de stad Archangelsk in en sloten op deze manier de Russische handelsplaatsen af van de zee. In april landden Japanse troepen in Vladivostok in Oost-Siberië.

“Aangemoedigd door het vooruitzicht van een tussenkomst door de Geallieerden,” schrijft de burgerlijke historicus E.H. Carr, “bepleitten de rechtse Sociaal Revolutionairen (rechtervleugel van de zogenoemde socialistische revolutionaire Partij, gebaseerd op de rijkere boeren) op hun partijconferentie te Moskou in mei 1918 openlijk  een politiek ‘om de bolsjewistische dictatuur omver te werpen en om een regering te vestigen gebaseerd op algemeen stemrecht en bereid om steun van de Geallieerden te aanvaarden in de oorlog tegen Duitsland’” – dat wil zeggen een pro-imperialistische regering! (The Bolshevik Revolution 1917-1923, pagina 170)

De mensjewieken, verdeeld in alle richtingen, waren “onbuigzaam op slechts één punt – hun vijandigheid ten opzichte van het (bolsjewistische) regime”. (Carr, pagina 170)

In Samara vormden de sociaal revolutionairen een anti-Bolsjewistische ‘regering’ en zetten een eigen leger op. In augustus namen ze Kazan in. De Linkse Sociaal Revolutionairen (gebaseerd op de arme boeren) waren in een coalitie met de Bolsjewieken tot maart 1918, wanneer ze de regering verlieten omdat ze niet akkoord gingen met het vredesverdrag met Duitsland, wat ze een ‘verraad’ noemden.

Nu spanden zij tegen de regering samen en probeerden ze een Duitse aanval te provoceren, die –zo geloofden zij – zou ontvangen worden door een ‘revolutionaire oorlog’. Ze ensceneerden een opstand in juli, die al gauw mislukte, omdat ze de situatie volledig verkeerd hadden ingeschat.

De Westerse machten concentreerden hun aandacht op Rusland zodra hun oorlog tegen Duitsland op zijn einde liep. In Moermansk en Archangelsk landden nog meer Britse, Franse en Amerikaanse troepen. Amerikaanse, Japanse, Britse, Franse en Italiaanse troepen bezetten Vladivostok en rukten op tot aan het Oeralgebergte. Omvangrijke Franse troepen werden ingezet op de Zwarte Zee.

Tegelijkertijd financierden en bewapenden de imperialisten de contrarevolutionaire (‘Witte’) legers samengesteld uit de laag van meest achterlijke boeren en geleid door ex-tsaristische officieren.

Victor Serge, een bolsjewiek in die tijd, omschrijft levendig de uitzichtloze situatie in oktober 1919:

“Het Witte Leger onder leiding van Admiraal Koltjak heeft Siberië in zijn macht; het vormt de regering van Oekraïne onder leiding van generaal Denikin, die een mars op Moskou aan het voorbereiden is. In het Noorden domineert het, met dank aan de Britse bataljons, een verstrooide socialistische regering, voorgezeten door de oude Tsjaikovski, een veteraan van de strijd tegen het Tsarisme; en Generaal Joedenitsj bereidt een overname van Petrograd voor, waar de mensen van honger sterven in de straten en dode paarden zich opstapelen voor de Grote Opera.” (From Lenin to Stalin, pagina 31)

Toch werd Wrangel (de opvolger van Denikin) een jaar later verslagen op de Krim en de militaire bedreiging werd effectief beëindigd.

De overwinning van de Bolsjewieken op de verenigde troepen van de interne en externe reactionaire krachten, vanuit een enorm zwakke positie, staat heel zeker gerangschikt als één van de meest briljante militaire verwezenlijkingen aller tijden.

Hoe werd deze overwinning bereikt?

Hoe de Bolsjewieken de Contrarevolutie versloegen

Het overleven van de Russische arbeidersstaat was in de eerste plaats mogelijk door de internationale steun van de arbeidersklasse via de enorme bewegingen die op de Oktoberrevolutie volgden.

De perspectieven van de bolsjewieken werden bevestigd en Europa trad een periode van revolutie in. De weg naar overwinning opende zich voor de arbeidersklasse in het ene land na het andere.

De imperialisten, die in strijd op leven en dood in hun eigen landen verwikkeld waren, konden hun aanvallen op Rusland niet verderzetten zonder de arbeiders nog verder uit te dagen en hun soldaten tot muiterij te drijven.

Een staking door Hongaarse munitiearbeiders in januari 1918 verspreidde zich als een lopend vuurtje tot in Wenen, Berlijn en doorheen Duitsland, met meer dan twee miljoen arbeiders in staking. Hun centrale eis, als een echo van de eis van de Russische arbeidersklasse, was vrede. In Finland werd een Onafhankelijke Arbeidersrepubliek uitgeroepen. Na maanden van vechten werd die omvergeworpen met steun van de Duitse troepen.

Daarna, toen op 4 november 1918 muiterij uitbrak op de Duitse marinebasis Kiel, ontstak de Duitse revolutie. In enkele dagen tijd waren enkele belangrijke steden in handen van arbeidersraden.

Het effect op de Russische arbeidersklasse was aanstekelijk. De bolsjewiek Ilyin-Genevsky nam een avond vrij in het theater van Petrograd en stelde de impact doorheen het land vast:

“Voor één van de theaterstukken zou beginnen, kwam een man in lange jas en hoge laarzen op het podium en zei: ‘Kameraden! We hebben net nieuws ontvangen uit Duitsland. Er vond een revolutie plaats in Duitsland. Wilhelm (de keizer) is van de troon gestoten. In Berlijn werd een Sovjet van arbeidersafgevaardigden gevormd en zij hebben ons een telegram met hun groeten gezonden.’ “Het is moeilijk uit te drukken wat volgde… De bekendmaking werd ontvangen door een soort van gebrul en een waanzinnig applaus wat het theater voor enkele minuten deed daveren…” (The Bolsheviks in Power, pagina 127-128)

In Oostenrijk werd het keizerrijk van de Habsburgers door massale stakingen en muiterijen in het leger verslagen. Het rijk viel uiteen en in maart 1919 nam in Hongarije een revolutionaire Sovjetregering de macht.

Frankrijk werd gegrepen door massale stakingen en muiterij bij de zeemacht. Britse soldaten muitten en de rode vlag werd gehesen over de rivier Clyde in het Schotse industriegebied. Ierland was in gewapend verzet tegen de Britse overheersing. In de VS waren er in 1919 stakingen met vier miljoen arbeiders in beweging.

Deze gebeurtenissen, nauwelijks vermeld in de officiële geschiedenisboeken, toonden een wet aan die elke socialist moet begrijpen: een succesvolle arbeidersrevolutie heeft een onschatbare internationale impact, die kapitalistische reactie uitlokt, maar tegelijkertijd de arbeiders in andere landen inspireert om die revolutie te verdedigen en haar voorbeeld te volgen.

De spirit van internationale solidariteit was het krachtigste wapen van de Russische arbeiders. Niet door oproepen tot ‘democratie’ of de ‘moraal’ van de kapitalistische klasse, maar door zichzelf te verbinden met de internationale strijd van de arbeidersklasse voor machtsovername, wonnen de Bolsjewieken onmeetbare steun vanuit elke hoek van de wereld en ontwikkelde zich een ‘tweede front’ ten opzichte van de imperialisten.

Britse en Amerikaanse troepen in Rusland startten een muiterij nadat ze kameraadschappelijk werden benaderd. Op de Zwarte Zee hesen Franse matrozen de rode vlag. De imperialisten werden gedwongen hun troepen terug te trekken en het Witte Leger werd hierdoor aan zijn lot over te laten.

De eerste congressen van de Communistische Internationale riepen de internationale arbeidersbeweging op om actie te voeren tegen elke vorm van steun voor het Witte Leger in Rusland. In juli 1920, naar aanleiding van de invasie van Rusland door reactionaire Poolse troepen, riep het Tweede Congres op:

“Stop al het werk, daarenboven al het vervoer van goederen, wanneer jullie merken dat ondanks jullie protest de kapitalistische elite van jullie landen een nieuwe interventie tegen Rusland voorbereidt. Hou elke trein en elk schip naar Polen tegen.” (Geciteerd uit J. Degras, The Communist International 1919-1943 – Documents, Volume 1, pagina 113)

In Groot-Brittannië steunden de Londense dokwerkers op een prachtige wijze hun kameraden in Rusland toen ze weigerden het schip Jolly George met wapens voor het Witte leger in Polen te laden.

Toen het Rode Leger dat de invallers terugdreef, dreigde de Britse regering in juli troepen te zenden naar Polen. Actiecomités werden door vakbondsafgevaardigden opgezet over heel Groot-Brittannië, met de dreiging van een algemene staking wanneer de interventie zou doorgaan. De Britse regering bezweek 48 uur na het verwerpen van het Sovjetantwoord op het ultimatum.

Zowel op de slagvelden van Rusland als op internationaal vlak, was de overwinning van de arbeiders, slechts mogelijk door het compromisloos revolutionair beleid van de Bolsjewieken.

Een soldaat die sprak op een massameeting in Petrograd verhelderde het klassenprogramma waarop het Rode Leger werd gebouwd:

“De soldaat zei: ‘Toon waar ik voor vecht… Is het voor democratie of voor de kapitalistische plunderaars? Als je mij kan bewijzen dat ik de Revolutie verdedig, dan zal ik gaan vechten zonder een doodstraf om me daartoe te dwingen’.”

“Wanneer het land aan de boeren toebehoort, de bedrijven aan de arbeiders en de macht aan de Sovjets, dan weten we dat we ergens voor vechten en we zullen er dan ook voor vechten!” (John Reed, Ten Days That Shook the World, pagina 45-46)

Een sleutelrol in de strijd is leiderschap – in de eerste plaats ideeën en programma; maar daaruit volgend, de rol van individuen om deze ideeën aan te grijpen, de voorwaartse dynamiek van de klasse te belichamen en anderen de weg te tonen.

Het zou onmogelijk zijn om bijvoorbeeld de historische bijdrage van Marx en Engels te ontkennen in de ontwikkeling van het socialistisch programma, of van Lenin in het voorbereiden van de weg voor de Oktoberrevolutie.

Het zou evengoed onmogelijk zijn de rol van Trotski te onderschatten als Volkscommissaris voor Oorlog van 1918 tot 1925, in de opbouw van het Rode Leger en de strategie dat tot de overwinning leidde.

Trotski organiseerde het Rode Leger als een revolutionair leger, met motivatie op basis van politiek begrip en niet door blinde gehoorzaamheid. Zijn onwankelbaar vertrouwen in de arbeiders, jeugd en boeren die zijn rangen vervoegden, wordt het best uitgedrukt in zijn eigen woorden:

“Wat was er nodig (om de revolutie te redden)? Slechts weinig. De eerste linies van de massa’s hadden het dodelijk gevaar van de situatie begrepen. De eerste vereiste voor succes was om niets te verbergen, nog het minst onze zwakte; om niet te spotten met de massa’s, maar alles correct te benoemen.” (My Life, pagina 43)

Toegewijde jonge arbeiders werden aangetrokken tot het leger en werden haar voorhoede. Trotski gaat verder: “De Sovjets, de partij en de vakbonden wijdden zich aan het oprichten van nieuwe afdelingen en zonden duizenden communisten naar het front. Het merendeel van de jeugd van de partij wist niet om te gaan met wapens, maar ze hadden de wil om te winnen en dat was het belangrijkste. Ze vormden de ruggengraat van het zwakke lichaam van het leger.”

De ‘wil om te winnen’ was doorslaggevend. Wapens leren gebruiken, vergt niet veel tijd. Maar de wil om te winnen kan slechts ontstaan uit het gevoel een duidelijk doel te hebben waarvoor te vechten en uit het begrip hoe dit kan worden bekomen.

De bolsjewieken hadden de moraal om te winnen en het is net die vitale kracht die ontbrak binnen de rangen van het Witte leger. Zelfs de pro-kapitalist Westwood moest toegeven:

“Tot Wrangel de overblijfselen van het Witte Leger overnam (bijna op het einde van de oorlog), stelden zijn officieren een voorbeeld van dronkenschap, plunderingen en geweld, met hun soldaten die gewillig volgden. Schandelijke behandeling van de lokale bevolking, de uitgesproken intentie om de landheren te herstellen in hun macht en de groter wordende kloof tussen het Witte Leger en de boeren, maakte dat de laatstgenoemden uiteindelijk voorkeur gaven aan het Rode Leger.” (Russia 1917 to 1964)

Zo werd de oorspronkelijke, woeste aanval van de contrarevolutie verslagen. De bolsjewieken begrepen dat hun overwinning niet meer dan wat uitstel van de strijd kon brengen. Zo sprak Lenin in 1920:

“We zijn nu overgegaan van oorlog naar vrede. Maar we zijn niet vergeten dat oorlog nog zal terugkeren. Zo lang dat zowel kapitalisme als socialisme blijven bestaan, zullen we niet in vrede leven. Of de één of de ander zal uiteindelijk overwinnen.” (Geciteerd door Trotski, in History of the Russian Revolution, Volume 3, pagina 365)

Vragen voor discussie:

  1. Waarom voltrok de revolutie zich in het achterlijke Rusland en niet in Groot-Brittannië of Duitsland waar de arbeidersklasse sterker was?
  2. Wat zou er zijn gebeurd als Lenin en Trotski niet in Rusland waren ten tijde van 1917?
  3. De revolutie vond plaats in Rusland vanwege de unieke voorwaarden van oorlogsmoeheid, verhongering en landloze boeren. Zeker dat het onder andere omstandigheden niet zou hebben plaatsgevonden?
  4. Toont de ontwikkeling van een driejarige burgeroorlog niet aan dat de bolsjewieken slechts de steun hadden van een kleine minderheid?
  5. Hoe konden de Bolsjewieken de burgeroorlog winnen tegen militair sterkere troepen?

Scroll To Top