De VARA-serie “De Strijd” is een serie over de gouden eeuw van de arbeider. Zegt presentator Verbeet. De welvaart van Nederland is gebouwd op het werk van arbeiders, zegt zij ook, en het is waar. Maar als je een aantal afleveringen van de serie hebt gezien (stuk voor stuk de moeite waard, de positie en de strijd van arbeiders zijn niet vaak te zien), kan je de vraag “Waar zijn die massale organisaties en al die strijdbaarheid gebleven?” niet van je afzetten. Van de VARA tot de arbeiderssportbonden. De talloze culturele en vrouwenorganisaties van de beweging, de woningbouwcorporaties, de vredesbeweging, hoe is het (gods)mogelijk dat alles met een antikapitalistische strekking verdwenen is? De rode vlaggenroute van de serie is absoluut de moeite waard, maar is dat alles wat er van de arbeidersorganisaties in Nederland over is? Een waardevolle, maar vage herinnering?
Door Pieter Brans, Amsterdam
Het is zinloos te proberen toekomstige historici voor te schrijven waar zij hun aandacht op moeten richten. Toch is het waarschijnlijk dat de enorme economische en klimaatcrisis van onze tijd de aandacht zullen trekken. Maar het wegvallen van de arbeidersorganisaties na de Tweede Wereldoorlog, het politieke einde van de arbeidersbeweging begin jaren negentig in het kielzog van de val van het Stalinisme, zal ook een thema zijn dat ze zal interesseren.
Het belangrijkste feit van de tweede helft van de 20e eeuw is de politieke overwinning van het kapitalisme op de arbeidersorganisaties in de jaren tachtig en negentig. De arbeidersbeweging is daarmee niet verdwenen, maar het einde van de PvdA als arbeiderspartij in 1994 en het wegschrijven van de vakbeweging (ook door de eigen leiding) naderhand, tesamen met het verdwijnen van het stalinisme, betekenden historisch een enorme stap terug. De SP heeft het gat dat de PvdA achterliet, nooit kunnen opvullen. De huidige FNV is slechts een schaduw van wat de vakbeweging was in de jaren zeventig. Gelukkig zijn er wel nieuwe elementen van strijdbaarheid, zoals bij de schoonmakers. Maar de ruggengraat van de vakbeweging, die lag in de haven van Rotterdam en de publieke sector in Amsterdam, is aan vernieuwing toe. Wij hopen vurig dat “Young and United” in haar missie slaagt.
Het belangrijkste feit van de eerste tientallen jaren van de 21e eeuw is de complete economische ineenstorting en stagnatie van datzelfde kapitalisme na 2007/8. De politieke almacht van het kapitalisme nu is niet te danken aan de kracht van dat systeem, maar aan het ontbreken van elk alternatief. Het is te vroeg om het een historische tragedie te noemen, maar het is een historisch feit dat de arbeidersbeweging bij het uitbreken van de crisis in 2007/8 niet meer in staat was om daar een antwoord op te geven.
Dat is ook het verschil met de gouden eeuw van de arbeider. Hoe beroerd het kapitalisme ook was voor de arbeider en hoe sterk het stond, was duidelijk. Maar de arbeidersbeweging bood het alternatief van het socialisme. Na de Russische revolutie was dat zelfs niet langer een intellectuele kwestie: het alternatief was reëel. Zelfs nadat de Russische revolutie was gekaapt door de Stalinistische bureaucratie eind jaren twintig, bleef de Sovjet Unie een alternatief dat de kapitalisten dwong om nerveus over hun schouders achterom te kijken. Het dwong de kapitalisten om rekening te houden met de arbeidersbeweging, al kregen zij de leiding van de arbeiderspartijen en arbeidersorganisaties in Europa en de VS steeds meer in hun zak.
De nuchtere constatering is dat de arbeidersorganisaties in het verleden niet voor niets gestreden hebben. Veel is destijds bereikt. Maar een groot deel daarvan is in de afgelopen 35 jaar weer afgebroken. De restanten van de welvaartsstaat liggen onder vuur. Kapitalisten zullen niet rusten voor ook die zijn verdwenen. Oorlog en crisis zijn meer dan ooit kenmerken van dit systeem.
Terugkijken naar de waardevolle elementen van de strijd in het verleden helpt niet als het geen vertaling naar het heden en de toekomst krijgt. De herinneringsplaquettes, hoe waardevol en terecht ook, zullen vervagen. Misschien is het grootste gebrek van de VARA-serie “De Strijd” wel het ontbreken van de oproep om de arbeidersbeweging opnieuw op te bouwen. Het beste monument voor de strijd van het verleden is de wederopbouw van de arbeidersbeweging en het alternatief van het socialisme.