De miljardensubsidies die Air France-KLM van de Franse en Nederlandse overheid heeft gekregen (al voor COVID) en de belastingvrijstellingen (bijvoorbeeld op brandstof) en de gigantische rijen toeristen op Schiphol die al buiten de terminals beginnen, maken duidelijk dat de luchtvaart in een staat van faillissement verkeert. Financieel natuurlijk, maar niet minder belangrijk, de druk die uitgaat op het milieu, de vervuiling, het lawaai, de stikstofuitstoot, het gigantische energieverbruik (fossiele brandstoffen).
Zo’n staat van faillissement is natuurlijk niet van de ene dag op de andere ontstaan. Ook op dit moment wil de Nederlandse staat weer 220 miljoen uitgeven voor aandelen KLM: zoals Follow the Money schrijft: “Een goede economische onderbouwing ontbreekt, de enige lijn die te ontdekken valt is dat de minister miljoenen spendeert omdat haar voorganger miljarden uitgaf.” Waarom en hoe is die er zo gekomen?
Toen Jimmy Carter in 1978 de Airline Deregulation Act tekende, begon het neoliberalisme te heersen in de luchtvaartsector. Tot de jaren 90 waren veel luchtvaartmaatschappijen staatseigendom of moesten zich houden aan overheidsregels. Vliegtickets waren hierdoor duur en vliegen was daarom ook niet voor iedereen te doen. Carter liet zich ompraten door neoliberale economen. Die kraaide dat door marktwerking en concurrentie, de prijzen zouden zakken en meer mensen zouden kunnen gaan vliegen.
Met de Airline Deregulation Act werd een einde gemaakt aan het feit dat de Amerikaanse overheid bepaalde op welke route welke maatschappij mocht vliegen. Zo vloog Pan American World Airways alleen op internationale routes, terwijl American Airlines en Eastern Airlines alleen binnenlandse vluchten ondernamen. Door de deregulering van de markt mochten deze maatschappijen ook internationaal gaan vliegen. Jimmy Carters neoliberale besluiten zouden grote gevolgen hebben. 12 jaar na de deregulering zouden Pan American World Airways (Pan Am) en Eastern Airlines failliet gaan.
Vooral het faillissement van Pan American World Airways was een harde klap voor de Amerikanen. Maar de markt was keihard, wie niet kon concurreren moest afsterven. Doordat nu elke luchtvaartmaatschappij kon vliegen op elke route (zowel binnenlands als internationaal) zakte de prijzen enorm ten kosten van de mensen die er werkte. De vakbonden zagen dat de deregulering een negatief effect had op de arbeidsvoorwaarden van het luchtvaartpersoneel. Echter de overheid (zeker die van Ronald Reagan) stond aan de kant van de kapitalisten en deed niets om arbeidersplaatsen te redden. Tienduizenden banen gingen verloren in de jaren 80.
De markt is god, concurrentie is koning, kraaide overheid, markt en politiek. De luchtvaartsector werd een harde wereld waarin snelheid steeds belangrijker werd. Om hun elitaire winsten veilig te stellen gingen kapitalisten zelfs over tot bezuinigen op vliegtuigonderdelen. We zagen dit in kapitalistische Rusland van de jaren 90, toen meer dan 300 nieuwe luchtvaartmaatschappijen uit de Sovjet staatsluchtvaartmaatschappij Aeroflot werden opgericht. Van die driehonderd zijn er uiteindelijk weinig levensvatbaar gebleken, een enorme verspilling van geld, mensen en materiaal.
Door de deregulering van de wereld luchtvaart begon het tijdperk der lowcost carriers, de goedkope luchtvaartmaatschappijen. Deze vlogen voor extreem weinig geld, maar ten kosten van service, vakbondsrechten en openheid. Zo heerst er bij Ryanair een totalitaire cultuur en is kritiek op de koers van directeur Michael O’Leary niet toegestaan. Deze kapitalistische uitbuiter staat sinds 1994 aan het roer van Ryanair en zorgt voor een angstcultuur, echter de kapitalisten laten hem al 28 jaar zijn gang gaan.
Nadat de Amerikanen de Airline Deregulation Act hadden ingevoerd begon men ook in Europa met neoliberaal denken. Overal begonnen luchtvaartmaatschappijen met het snijden in loonkosten en onderdelen, allemaal onder hem mom van ’’efficiënter’’ werken. De vakbonden waren niet voorbereid op het neoliberale offensief en sloegen te pletter op een muur van hardheid. Van polderden was geen spraken, de bazen eiste dat arbeiders zich marktconform opstelde. Dat hield in, minder goede arbeidsvoorwaarden, minder loongroei en harder werken. Want de markt bepaald en de consument wil goedkoper vliegen. Dit zou echter ook een keerzijde krijgen.
Arbeiders kregen te maken met een hogere werkdruk, doordat alles sneller moest gaan dan bijvoorbeeld 40 jaar gelden. Door bezuinigingen/werkdruk kan men ook niet altijd de service verlenen die passagiers verwachten. Ondertussen groeide het verschil in inkomen tussen de top de werkvloer enorm. Directeurs en managers kregen meer en meer, terwijl grondarbeiders en jonge piloten vaak met minimumloon begonnen. Zo ontvangt de huidige KLM baas een basissalaris van 705.000 euro (inclusief pensioenbijdrage) per jaar. Een bonus van minimaal 100.000 is ook te krijgen. De vorige KLM baas; Benjamin Smith, kreeg zelfs 250.000 euro extra omdat hij staatssteun had weten te regelen tijdens Covid-19.
Terwijl de top zichzelf verrijkt, werden duizenden arbeiders ontslagen in 2020. Deze mensen zijn nu ergens anders aan het werk, terwijl Schiphol een enorm tekort aan mensen heeft. Air France/KLM heeft miljarden aan staatssteun ontvangen en wie profiteerde daar het meest van? De kapitalisten en hun elitaire managers!! Zeker 10.000 arbeidsplaatsen verdwenen tussen 2020 en 2022, terwijl die nu weer hard nodig zijn. Het bewijst keer op keer dat het kapitalistische systeem er niet is voor ons werkenden. Het systeem is er voor de bedrijven, voor de kapitalisten en diens lakeien.
Vliegen is nu betaalbaarder dan in 1980. Hiervoor is de luchtvaartsector erg ver gegaan. Arbeiders moeten harder werken, raken uitgeput en zitten vast aan bedrijven hun als pionnen behandelen. Het milieu is slechter geworden door meer vliegtuigen en vliegvelden worden steeds groter. Winst maken was vroeger minder essentieel, nu is het een absolute noodzaak waar alles en iedereen ondergeschikt is. Uiteindelijk blijven nog maar enkele grote luchtvaartbedrijven over. In de VS zijn dat er drie: Delta Airlines, United Airlines en American Airlines. Hier in Europa zijn het; Air France/KLM, Lufthansa Group en de International Airlines Group.
De KLM kraaide in de jaren 90 dat ze een sterkte marktpositie hadden door hun bezuinigingsbeleid en hierdoor lagere kosten. Keer op keer werd herhaald in KLM publicaties dat men sterk stond door mensen te ontslaan en (niet winstgevende) routes op te heffen. Het zou niet baten, want in 2004 ging KLM op in Air France/KLM. Als dit niet was gebeurd had de Koninklijke Luchtvaartmaatschappij de eerste jaren van de 21eeuw misschien niet overleeft. De trots van Zwitserland onderging dit lot. Swissair werd in april 2002 failliet verklaard, ook het Belgische Sabena kon niet overleven.
Waar de markt veel vernietigde in Amerika en Europa, besloot men in Rusland en met name China om niet die weg op te gaan. De Russische staat behield controle over Aeroflot en ook Air China blijft indirect onder staatsbestuur. Echter omdat de Chinese en Russische overheid niet in dienst van de arbeidersklasse werken, maakt het niet uit of een bedrijf privé bezit of staatsbezit is. Wij revolutionair socialisten zeggen dat staatsbedrijven onder het kapitalisme, vaak net zo marktgericht moeten/kunnen werken.
Revolutionair socialisten wijzen marktwerking, deregulatie en winst maximalisatie af. Het neoliberale denken in de luchtvaart zorgde misschien voor goedkopere vliegtickets, maar het heeft de sector enorm oververhit. Het is een sector die zichzelf kapot heeft gemaakt en waarin burn-outs en stress enorm zijn. De oplossing is niet vliegen duurder maken, zeker wanneer de trein niet goedkoper is. Een treinkaartje naar Parijs kost vaak 100 euro meer dan een vliegticket. Nee, de oplossing ligt in democratische controle. Het invoeren van regels om arbeiders te beschermen tegen de hebzucht van hun bazen.
Binnen het kapitalisme is dit niet mogelijk. De markt gaat zichzelf niet controleren of ze de regels wel naleven. Het idee dat bedrijven moeten doen aan zelfregulering is neoliberaal en toont hoe naïef kapitalistische overheden zijn. Daarom moet de staat ook in dienst van ons arbeiders komen. Alleen zo kunnen we de luchtvaart regels opleggen. Uiteindelijk moeten we de luchtvaartmaatschappijen nationaliseren onder arbeiderszelfbestuur. Natuurlijk mag dit niet volgens de wetten van het kapitalisme. Daarom is socialisme nodig!
In Nederland heerst Air France/KLM over de meeste vluchten. Want ook Transavia Airlines is eigendom van Air France/KLM. Wel hebben TUI Airlines Nederland en Corendon Dutch Airlines de laatste 10 jaar een grote hap uit de koek van Air France/KLM (inclusief Transavia) genomen. TUI Airlines Nederland en Corendon Dutch Airlines zijn eigendom van de reisbureaus: Touristik Union International en Corendon. Door een eigen luchtvaartmaatschappij op te zetten kunnen ze de concurrentie aangaan met Air France/KLM.
Treinreizen zou je goedkoper kunnen maken, echter ook hier ligt het probleem van het kapitalisme op de loer. De infrastuur van het spoornet in Europa is duurder dan de luchtvaart. Deze kosten worden doorberekend aan de consument, waardoor je dus meer moet betalen voor een internationale treinreis dan een vliegreis. Daarnaast is er meer aanbod in de luchtvaart, aangezien verschillende maatschappijen met elkaar concurreren om de consument. Bij de spoorwegen is dit nauwelijks het geval. Zelfs in het Verenigd Koninkrijk waar het spoor geprivatiseerd werden blijven treinkaartjes duur.
De oplossing is dus democratische controle en uiteindelijk de nationalisatie van de productie middelen (inclusief de luchtvaart sector) onder arbeidszelfbestuur. Dit houdt in dat Air France/KLM weer wordt opgesplitst in twee luchtvaartmaatschappijen. Transavia, Corendon en TUI zijn onder het socialisme niet meer nodig, aangezien we met één democratische Nederlandse Luchtvaart Maatschappij het best kunnen redden. Dit moet natuurlijk wel democratisch gebeuren door de mensen die er werken; zeggenschap en dagelijkse controle te geven.
Natuurlijk zal de markt proberen om dit tegen te houden. De kapitalisten controleren onze politiek en onze media. Hun marionetten zullen kraaien en liegen dat alleen bezitters weten hoe bedrijven werken. Dat alleen een kapitalist snapt hoe je een directeur aangesteld met een elitair salaris. Wij zeggen dat arbeiders dat net zo goed kunnen. Zoals al gebleken is op deze planeet kunnen bedrijven democratisch bestuurd worden zonder kapitalisten. Alleen is dit in de westerse wereld nog niet doorgedrongen mede door de neoliberale propaganda en indoctrinatie sinds 1980.
Op Schophol is het in juni 2022 chaos. Door een enorm tekort aan personeel kan men de stroom passagiers niet aan. Hoewel de kapitalistische politiek verontwaardigd is, moeten we niet vergeten dat dit helemaal hun schuld is. Bagage en beveiliging zijn niet in dienst van Schiphol. Ze werken voor concurrerende bedrijven die alles op alles zetten om contracten van de luchthaven binnen te halen. Vergelijk het maar met het openbaarvervoer (buslijnen). Om de vijf jaar mogen busbedrijven met elkaar concurreren om de opdracht (het rijden op buslijnen) binnen te halen van de provincies. Vaak kijkt de kapitalistische politiek naar de goedkoopste aanbieder, die natuurlijk de laagste salarissen betaald.
Door de heftige concurrentie zijn de salarissen van beveiligers flink gehaald. Schiphol werd min of meer gedwongen om marktwerking in te voeren, omdat de overheid dit eiste als grootaandeelhouder van de luchthaven. ”De markt maakt alles goedkoper” is de logica van de neoliberalen (VVD, CDA, D66, PvdA, CU en co.).Op salarissen kon men inderdaad bezuinigen. Toen Covid-19 om de hoek kwam kijken verloren vele hun baan op Schiphol. Met name beveiligers en bagage arbeiders werden ontslagen. Twee jaar later zijn die juist weer hard nodig, echter die mensen werken nu elders en hebben een ander arbeidsleven. Schiphol zit met de handen in hun haar, terwijl de hypocriete kapitalistische politici moord en brand schreeuwen.
Het kabinet is medeverantwoordelijk voor de enorme wachttijden op Schiphol.