In 2010 kwamen de Britse Tories onder leiding van David Cameron aan de macht. Tien jaar, twee premiers en een Brexit-referendum later, stelt de vraag hoe het rechtse beleid kan gestopt worden. Een artikel door Thomas Carmichael van de Socialist Party in Noord-Ierland.
Toen de Tories aan de macht kwamen, spraken de media vaak over “Broken Britain.” Een decennium later kunnen we enkel vaststellen dat Cameron, May en Johnson de sociale problemen alleen nog groter gemaakt hebben.
Demoniseren van de armen
Een belangrijk onderdeel van het verkiezingsprogramma van Cameron, en daarna van de coalitieregering, was de afbouw van de welvaartsstaat. Om dit te rechtvaardigen werd een campagne van bewuste desinformatie gevoerd om het beeld te schetsen dat de sociale tekorten niet voortkwamen uit de grootste financiële crash sinds 1929, maar het resultaat waren van een cultuur van ‘luiheid’ en gebrek aan werkattitude. Anders gezegd: die luie werklozen profiteren van de eerlijke hardwerkende belastingbetalers. Toch ging het grootste deel van de Britse sociale zekerheidsuitgaven naar pensioenen. Maar daarover werd gezegd dat er niet aan zou geraakt worden.
Zo werden werkenden met lage lonen, die hun loon zagen dalen door het gevoerde beleid, misleid om hun woede te richten op zogenaamde ‘klaplopers’, in plaats van op de verantwoordelijken van het besparingsbeleid. De Tories waren zelfs in staat om zich voor te doen als een partij van de gewone werkenden, terwijl Labour werd voorgesteld als de partij van de luiaards die misbruik maken van de sociale zekerheid.
In de tien jaar rechts bewind onder de Tories zijn de sociale uitgaven met 37 miljard pond afgenomen. Het grootste deel daarvan werd gezocht bij langdurig zieken en mensen met een beperking: deze twee groepen moesten elk 10% inleveren. Dit gebeurde op een ogenblik dat volgens het Social Metrics Committee in meer dan de helft van de Britse gezinnen die in armoede leeft zich ten minste één persoon met een beperking bevindt. In een rapport van de VN over de besparingen van de conservatieven in het Verenigd Koninkrijk werden vergelijkingen gemaakt met de werkplaatsen in de romans van Charles Dickens. Het National Audit Office – de waakhond voor de overheidsuitgaven van het Verenigd Koninkrijk – beweerde ondertussen dat het vlaggenschip van het welvaartsprogramma van de regering, Universal Credit, uiteindelijk meer zal kosten dan het systeem dat het heeft vervangen, terwijl het niet voldoet aan de beweringen van de regering dat het meer mensen aan het werk zou krijgen.
Liberaal-Democraten lossen verwachtingen niet in
Intussen toonden de Liberal Democrats aan dat het liberalisme niet in staat is om enige vorm van betekenisvolle oppositie tegen het conservatisme te bieden. Ze ontkrachtten het idee dat de liberalen in een coalitie enige vorm van controle of evenwicht konden bieden voor de ergste voorstellen van hun conservatieve partners. Partijleider Nick Clegg werd vergeleken met Judas toen hij zijn belofte om het inschrijvingsgeld voor studenten niet te verhogen brak. Recent schepte een voormalig partijkopstuk op Twitter op dat zijn partij strengere sancties voor uitkeringstrekkers had aanvaard in ruil voor de grote overwinning van een belasting van 5 cent op plastic winkeltasjes.
Armzalige lonen
Terwijl de welvaartsstaat ondermijnd werd, begonnen de conservatieven ook met een aanval op de inkomsten van wie werkt. In 2017 wees de denktank Resource Foundation erop dat de jaren 2010 het zwakste decennium van loonstijgingen waren sinds het einde van Napoleontische oorlogen.
Het heeft geleid tot een scherpe toename van armoede onder werkenden. Tussen 2013 en 2018 kwamen er een half miljoen werkende armen bij, wat het totaal op 4,1 miljoen bracht. De belofte van George Osborne in 2015 om het minimumloon op te trekken tot 9 pond per uur tegen 2020 werd niet gerealiseerd. Sajid Javid kwam na de verkiezingen meteen terug op zijn belofte om het minimum op te trekken tot 10,5 pond per uur.
Gezondheidszorg onder vuur
Het is natuurlijk onmogelijk om de impact van het conservatief beleid te bespreken zonder in te gaan op wat er met de gezondheidszorg (NHS) is gebeurd. In de eerste vijf jaar van Tory-bewind namen de middelen voor gezondheidszorg gemiddeld met slechts 1% per jaar toe, tegenover gemiddeld 4% daarvoor. De wachtrijen werden langer en dit voor alle diensten in elk deel van het Verenigd Koninkrijk.
In Engeland zijn de prestaties van de ziekenhuizen op het slechtste niveau ooit. De doelstellingen op alle belangrijke gebieden van de ziekenhuisfuncties worden gemist. Dit omvat het doel dat 95% van de patiënten op spoed binnen 4 uur wordt opgenomen of behandeld. Momenteel is dit slechts 83%. Of het doel dat 85% van de kankerpatiënten binnen 62 dagen met de behandeling begint, momenteel slechts 76%. Daarnaast is het gebruik van private bedrijven voor het leveren van gezondheidsdiensten gestegen van 4% toen de Tories aan de macht kwamen tot 7% nu.
Covid-19 ramp
De gevolgen van de mishandeling van de gezondheidszorg door de Tories zijn aan het licht gekomen nu we ons in het midden van een wereldwijde pandemie bevinden. De Tories hebben de crisis bij elke stap verkeerd aangepakt – van hun falen om voorraden aan te leggen van beschermend materiaal zoals ze vijf jaar geleden door epidemiologen werden geadviseerd; hun onvermogen om tests zo breed beschikbaar te maken als nodig was; en hun rampzalige ‘kudde-immuniteit’-strategie.
Zoals we nu allemaal weten, is het Verenigd Koninkrijk het zwaarst getroffen land in Europa in deze crisis, en het op één na slechtste land ter wereld. Het lijdt geen twijfel dat de reden hiervoor het feit is dat Johnson en zijn mede-Tories besloten de belangen van het kapitalisme boven het welzijn van het grote publiek stellen.
De Tories richten een sociale ramp aan. Dat is de eerste conclusie die kan getrokken worden uit tien jaar conservatief rechts bewind. Elke socialist had op 11 mei 2010 kunnen vertellen dat we hier zouden eindigen indien de Tories zo lang aan de macht konden blijven. De vraag is dan ook welke lessen we kunnen trekken uit de strijd tegen de Tories.
Lessen uit Corbyn’s nederlaag
De recente nederlaag van Labour bij de verkiezingen van december biedt misschien wel de belangrijkste les: dat het niet alleen door de parlementaire politiek dat we rechts kunnen stoppen. De nederlaag van Corbyn kan worden toegeschreven aan een aantal factoren de rechtervleugel van Blair aanhangers van de partij die hem tegenwerkte; de concessies die aan de genoemde Blair aanhangers zijn gedaan met betrekking tot belangrijke kwesties als Brexit en de Schotse onafhankelijkheid; en de meedogenloze lastercampagne die tegen hem is gevoerd in de media sinds de dag dat hij als partijleider is gekozen.
Al deze kwesties zijn echter slechts symptomen van één groter, overkoepelend probleem. Corbyn stond geïsoleerd aan de top van een partij waarvan het apparaat en de hogere echelons tegen zijn beleid waren en er alles aan deden om Corbyn een nederlaag toe te brengen, zoals het onlangs uitgelekte rapport bevestigt. Maar Corbyn was ook niet in staat om terug te vechten tegen de pogingen van de heersende klasse om hem te onderdrukken. Om dit isolement te doorbreken moesten twee dingen worden gedaan: ten eerste moest de partij van boven naar beneden worden gedemocratiseerd, zodat de pro-kapitalistische aanhangers van Blair op democratische wijze konden worden verwijderd en de partij werd omgevormd tot een afspiegeling van de honderdduizenden die zich aansloten om het beleid van Corbyn te steunen; ten tweede moest het beleid van Labour worden gekoppeld aan een massabeweging van protest en syndicale actie, om gewone werkenden en jongeren te betrekken bij een strijd tegen de bazen en hun politieke vertegenwoordigers, en om het vertrouwen op te bouwen dat het mogelijk was om veranderingen tot stand te brengen.
Strijd is de sleutel om verandering af te dwingen
Het was mogelijk om zo’n beweging op te bouwen. Denk aan de enorme protesten in Londen ter verdediging van de gezondheidszorg, de stemming die bestond rond het verdedigen van Corbyn toen zijn voorzitterschap werd betwist … Wanneer heeft een andere politicus ooit een denderend applaus gekregen op het muziekfestival van Glastonbury? Massale meetings waren een kenmerk van de verkiezingscampagne die Labour in 2017 de grootste electorale verschuiving in de naoorlogse geschiedenis zag realiseren waarbij Theresa May een nederlaag leed. Helaas werd daar niet verder op gebouwd, maar verplaatste de nadruk zich naar zuiver parlementaire manoeuvres, terwijl de vakbondsleiders grotendeels strijd uitstelden door mensen te adviseren om ‘op Corbyn te wachten’.
De verkiezing van Keir Starmer tot leider van de Labourpartij betekent een stap terug, en de rechtervleugel van de Labourpartij consolideert opnieuw haar greep op de organisatie en de politieke koers. Dit zal ongetwijfeld een klap zijn voor de miljoenen die hun hoop op Corbyn hadden gevestigd. Maar in plaats van gedemoraliseerd te worden, moeten we de lessen van zijn nederlaag trekken en ze toepassen bij het opbouwen van een strijdbare, politieke stem voor de arbeidersklasse in de periode van economische en sociale crisis die ongetwijfeld voor ons ligt.