Alle serieuze kapitalistische commentatoren zijn het er over eens, dat we aan een vooravond van een nieuwe wereldwijde recessie staan. Het IMF schaalde zijn prognose voor de wereldeconomie in 2019 terug tot nog maar 3 procent economische groei, het laagste sinds de financiële crisis van 2008. Slechts met uitzonderlijk gigantische maatregelen werd bij de vorige crisis een depressie vergelijkbaar met de jaren ‘30 vermeden. Maar al deze maatregelen hebben geen enkele van de tegenstellingen opgelost, integendeel. Op kapitalistische basis kan een nieuwe crisis met dramatische gevolgen voor de werkenden niet vermeden worden. Daarom is de strijd voor socialistische verandering meer dan ooit urgent!
Artikel door Barbara Veger, Rotterdam
De Nederlandse economie staat er weliswaar relatief beter voor dan de meeste andere Europese landen, met een begrotingsoverschot van 10 miljard euro, een verwachte economische groei voor dit jaar van 1,8%, een staatsschuld van net onder de 50% en een lage werkloosheid van 3,4%. Dit bracht de regeringspartijen op Prinsjesdag ertoe om vooral een mooi-weer verhaal te houden, met slechts als voetnoot dat de toekomst er wat minder rooskleurig uit zou kunnen zien. Maar Nederland zal niet immuun zijn voor een zich ontwikkelende wereldrecessie. Duitsland, onze belangrijkste handelspartner, wordt hard getroffen door de handelsoorlog tussen de VS, de EU en China, en is al in recessie; onze tweede grootste handelspartner is het Verenigd Koninkrijk, en een slechte Brexit zal de Nederlandse economie hard raken. Economen hebben becijferd dat dat 73.000 banen in Nederland kan kosten. Nederland is daarnaast kampioen flexbanen van Europa (40% van de werkende bevolking), wat betekent dat bij een recessie de werkloosheid snel kan groeien.
Een nieuwe olieschok (veroorzaakt door verdergaande instabiliteit in het Midden-Oosten) kan heel de wereldeconomie in recessie dompelen. Deze zal direct de realiteit blootleggen in de financiële sector, waar de winsthonger heeft geleid tot gelijkaardige speculatie en risico’s die 12 jaar geleden het hele financiële systeem deden wankelen.
Nu een nieuwe recessie zich aandient, rijst de vraag of de centrale banken en overheden niet hun instrumenten reeds opgebruikt hebben om de recessie te verzachten. Er is een hernieuwde discussie over de noodzaak voor stimuli. Sommige kapitalistische strategen pleiten voor grootschalige overheidsinvesteringen door de landen die daartoe in staat zijn, zoals Duitsland en Nederland. De Nederlandse regering heeft daar gehoor aan gegeven met haar plannen voor een investeringsfonds van 50 miljard euro. Maar de ruimte ervoor vandaag is beperkt door het recordniveau aan schuld bij de meeste andere overheden, de grote schuldenberg van China (die vorige keer nog een motor was van groei) maar ook in de VS die nu al een staatsschuld heeft van 106%, de reeds zeer lage rentevoeten, maar ook omdat de toegenomen inter-imperialistische rivaliteit een gecoördineerde internationale actie zoals in 2008 uitsluit.
Een terugkeer naar een lange en stabiele periode van keynesianisme (de vraag stimuleren door grote overheidsuitgaven) zoals na WO2 is uitgesloten. Dit was slechts mogelijk in de naoorlogse groeifase nadat de vernietigingen tijdens WO2 er de voorwaarden voor creëerden, toen de dreiging van een stalinistisch blok een constante druk zette en men probeerde om met hervormingen van bovenaf, revolutie van onderuit te voorkomen.
In de zeventiger jaren werkte het keynesianisme niet meer, en ontstond er een crisis van “stagflatie”(stagnatie gekoppeld aan inflatie). Door de kracht van de arbeidersbeweging duurde het tot in de jaren ‘80 tot de kapitalistenklasse haar nieuwe beleid, het neoliberalisme, door kon voeren.
Maar dat het neoliberalisme als dominante economische politiek niet langer werkt, is steeds duidelijker. Een alternatief hebben de kapitalisten echter nog niet voorhanden en dat zorgt voor instabiliteit op alle vlakken. Het belangrijkste gevolg van de crisis van het kapitalisme is misschien wel hoe het na bijna 40 jaar neoliberalisme haar sociale steun in de samenleving heeft uitgehold en hoe het de kapitalistische politieke instrumenten heeft gediscrediteerd.
Wanneer de nieuwe crisis uitbreekt en de werkende bevolking om nieuwe opofferingen wordt gevraagd, is het niet onbelangrijk hoe de vorige periode werd ervaren. Er is niet vergeten hoe de kapitalistische klasse in de eerste plaats in staat is geweest haar eigenbelang te verdedigen en haar winsten te herstellen met een hard bezuinigingsbeleid over de rug van de werkende bevolking wereldwijd. Daarnaast is de werkende klasse beter voorbereid op deze crisis dan de vorige, door de groeiende populariteit van socialistische ideeën zoals bijvoorbeeld rond de campagnes van Bernie Sanders in de VS, Corbyn in het VK, Melenchon in Frankrijk…
Nu al zien we een enorme opleving van massastrijd, van jongeren rond klimaat, de massabewegingen in Latijns Amerika en het Midden Oosten, maar ook in Catalonië, … Dit toont het potentieel aan voor revolutionaire verandering richting het socialisme, de enige uitweg uit de crisis. Echter, het opbouwen van sterke socialistische strijdpartijen is noodzakelijk om tot de noodzakelijke maatschappijverandering te komen. Sluit je daarom aan bij Socialistisch Alternatief en het CWI!