Als discussiestuk publiceren wij bijgaand (wat langer) document over de toekomst van de arbeidersbeweging in Nederland. Het kapitalisme heeft geen uitweg uit de huidige crisis. De situatie is al vijf jaar nijpend. Bezuinigen helpt niet, stimuleren ook niet. Een wereldoorlog ontketenen, zoals bij de laatste crisis, is door atoomwapens geen optie meer. Socialisme is de enige uitweg, maar daarvoor is wederopbouw van de arbeidersbeweging noodzakelijk. Klassenbewustzijn, organisaties en een socialistische programma zullen de kern vormen bij de opbouw van de arbeidersbeweging in de toekomst. En bij het richting geven aan de protesten die in de toekomst ongetwijfeld zullen komen, zoals nu in Turkije en Brazilië al het geval is. Sluit u bij ons aan!
Door Pieter Brans
Het kapitalistische systeem zit vast. Na vijf jaar van recessie (af en aan) zijn de feiten duidelijk. De groei is eruit. Marx heeft, vele jaren na zijn dood, gelijk gekregen. In de jaren zestig daalden de winsten van het kapitalisme al. De wet van de afnemende winstvoet: steeds meer kapitaal is betrokken bij de productie. De jaren zeventig waren jaren van crisis. Na het terugdringen van de arbeidersbeweging begin jaren tachtig, begon het feest van de financiële dienstverlening (de groei van het financieringskapitaal) in de tweede helft van de jaren tachtig. Door bijzondere factoren (de val van de Sovjet-Unie, de beschikbaarheid van veel goedkope, goed opgeleide arbeidskracht in het oude Sovjet gebied en China, kon deze fase langer duren dan normaal. Na twee keer duiken (Azië crisis 1998 en dotcom crisis in 2001) plofte het financiële feestje in 2008 in elkaar.
Nog eens even terug naar de jaren dertig. Hoe loste het kapitalisme toen zijn problemen op? Het probeerde zich in de VS met econoom Keynes in de hand een weg uit de crisis te stimuleren. Dat lukte maar gedeeltelijk. De crisis ging pas echt voorbij door de enorme wapenbestellingen voor de Tweede Wereldoorlog. Overigens waren er in de jaren dertig ook landen, zoals Nederland, die krampachtig vasthielden aan bezuinigingen en de goudstandaard voor de gulden. Dat werkte heel slecht uit. Het herschudden van de kaarten in de wereld door middel van een wereldoorlog, was in 1939 – 1941 nog een optie. Zelfs kapitalisten beseffen dat ze met atoomwapens iets in handen hebben dat een groot deel van de mensheid in enkele uren kan opblazen. Een terugkeer naar het stenen tijdperk (als dat al lukt) is geen optie. Kleine oorlogen, daar hebben we er een hoop van gezien, maar zelfs die waren voor het kapitalisme aan de dure kant en boden geen oplossing voor de crisis.
Op dit moment zijn er twee stromingen in het kapitalisme. De ene, vooral te vinden in de VS en Japan, vindt dat de overheid de economie moet stimuleren. De andere stroming, vooral te vinden in Europa, vindt sinds 2010 dat bezuinigingen het antwoord zijn. Langzamerhand wordt duidelijk dat de miljardenbezuinigingen in Europa en in Nederland van de afgelopen jaren, alleen maar meer bezuinigingen voortbrengen. In Nederland zou in 2014 4,3 miljard Euro worden bezuinigd. Dat werd even opzij geschoven voor het Sociaal Akkoord, het kabinet kon niet zonder. Nu moet er in 2014 6 miljard worden bezuinigd! Dat betekent het opblazen van het sociaal akkoord.
Het probleem met de bezuinigingspolitiek is vrij simpel. In een kapitalistische economie zijn er maar drie groepen kopers: de consumenten, bedrijven en de overheid. Als de consumenten geen geld meer (kunnen) uitgeven door een combinatie van lage lonen en werkloosheid, of omdat ze hun schulden moeten afbetalen, vervalt de vraag naar producten. Als de bedrijven niet meer investeren, omdat ze geen goede verwachtingen hebben over de afzetmogelijkheden, houdt het bij hen ook op. En als ook de overheid dan gaat bezuinigen, is er niemand in de economie over, die nog centen te makken heeft. Overigens hebben bedrijven triljoenen dollars en euro’s in kas omdat zij niet meer investeren. Overheid en consumenten (lees arbeiders) hebben weinig om uit te geven of schulden, maar de bedrijven zitten op een gigantische geldberg op dit moment. Eén van de redenen waarom de beurzen zo hoog staan, trouwens. Bedrijven kopen zelfs hun eigen aandelen op, zoals recent AH in Nederland. Een duidelijker teken dat zij niet weten wat zij moeten met hun geld, is er niet.
Stimuleren dan maar? Dan ben je wel van die beroerde bezuinigingen af, maar het voorbeeld van Japan maakt duidelijk dat het probleem daarmee niet verdwijnt. Japan stimuleert op dit moment de economie op grote schaal, maar het heeft nu al te maken gekregen met een daling van de waarde van de Japanse Yen van 30% en een beurscrash van 7,5% en nog een beursdaling van meer dan 6%. Daar komt bij dat de overheidsschuld van Japan nu al 250% van het hele Bruto Nationaal Product is (in Nederland is dat zo’n 70%). Zolang de rente laag is, vormt dat geen probleem. Maar een kip begrijpt dat zodra de rente stijgt, de rentebetalingen het grootste deel van de overheidsuitgaven kunnen gaan opslokken.
Maar wat is nu de strategie van al die duur betaalde knappe koppen die aan de knoppen zitten van het kapitalisme, bij de centrale banken en de ministeries van financiën? Die is eigenlijk simpel: de enorme luchtbel in de bankensector langzaam laten leeglopen. Ze lenen goedkoop geld aan de banken. Die doen daar verder niets mee. Ze gebruiken het geld alleen om overeind te blijven. De meeste banken zijn zombiebanken: financiële zwarte gaten. Een bank krijgt geld van mensen en bedrijven die rekeningen openen en lenen tien, honderd maal zoveel uit. Er is geen enkele bank die iedereen zou kunnen betalen, als ze allemaal tegelijk om hun geld zouden komen. Het streven is nu om banken meer solide te maken en om ze ongeveer 10% van hun uitstaande leningen ook echt in kas te laten hebben. Waarschijnlijk is dit onhaalbaar.
Zoals we allemaal weten, heeft deze operatie om de banken te stutten de nationale staten en de centrale banken miljarden en miljarden gekost. En nog steeds staan de banken zwak. Een ineenstorting van de banken was erger geweest, want dan had inderdaad niemand meer geld uit de muur of waar dan ook kunnen krijgen. Maar meer dan een tijdelijke oplossing is het niet. En er is ook een gevaar. Als de miljarden van de overheid binnen de banken blijven, is het probleem nog wel te overzien. Maar als die buiten de banken rond gaan klotsen, kan de geldhoeveelheid opeens enorm stijgen. Met grote prijsstijgingen, inflatie, als gevolg. Op dit moment is de omloopsnelheid van het geld door de aanhoudende recessie gelukkig nog vrij laag, maar als deze waterval loskomt, is er geen houden meer aan.
Op het economisch vlak is het waarschijnlijk dat de Amerikaanse centrale bank in de loop van volgend jaar de stimuleringssteun voor de banken zal intrekken. De vraag is wat er dan van de economische groei over blijft en of de hoge koersen van aandelen op de beurs dat zullen overleven. Alleen al de aankondiging dat het stimuleringsbeleid volgend jaar gaat stoppen, heeft geleid tot een flinke daling van de koersen. Het is mogelijk dat de zeer geringe groei een knauw krijgt en dat de beurshausse weer langzaam leegloopt. Tot echte groei zal het in ieder geval niet leiden…
Het kapitalisme kan nog vrij lang (vele jaren) in deze impasse ronddobberen. Voor Nederland betekent dat bijvoorbeeld dat de werkloosheid volgend jaar doorstijgt naar de 750.000. Omdat verloren gegane banen nooit terug komen, daalt de werkloosheid in de jaren daarna nauwelijks. Ook in 2018 zijn er volgens de voorspellingen nog 724.000 werklozen! Geen enkel cijfer illustreert de uitzichtloosheid van de crisis voor de arbeidersklasse beter dan dit, helaas. In Nederland heeft de economie extra te lijden door series van verkeerde investeringsbeslissingen (Financiële sector, HSL, Betuwelijn, kolencentrales, overinvestering ICT en kantoorgebouwen) en door corruptie in de bouw en huisvestingssector. De sectoren onderwijs en zorg lijden verliezen door de zogenaamde vrije marktwerking. Duur bestuur is daar één van de gevolgen van.
Economisch zit het kapitalisme muurvast. Hoe zit dat politiek? De traditionele politieke partijen hebben geen oplossing voor de economische problemen. In Nederland zijn alle politieke partijen voor bezuinigingen (zelfs de SP had 10 miljard aan bezuinigingen in het verkiezingsprogramma in 2012), maar de grootste bezuinigingskampioenen zijn natuurlijk VVD, PvdA en het CDA. Deze partijen raken steeds verder uitgehold. Tientallen jaren geleden hadden deze partijen een solide maatschappelijke basis. Het CDA bij de grote ondernemingen, de VVD vooral bij het midden- en kleinbedrijf en de PvdA bij de arbeiders. Nu zijn het legen hulzen geworden. Het partijapparaat is een kies- en carrièremachine. Van interne discussies over de koers is nauwelijks sprake. In heel Europa wordt het steeds moeilijker partijen te vinden die in staat zijn het bezuinigingsbeleid door te voeren.
Het ledenaantal van politieke partijen is laag. Het bezuinigingsbeleid heeft alleen steun bij de machtige media, niet bij de mensen. Die hopen dat het een tijdelijk kwaad is, dat voorbij gaat.
Maar, kijkend naar de economie, zal dat niet het geval zijn. Nu al ervaren mensen dat op bezuinigingen geen verbeteringen volgen (Balkenende beloofde zoet na zuur…), maar meer bezuinigingen. De politiek is onder de hand verantwoordelijk voor zoveel rampen en prijsverhogingen verantwoordelijk (publieke huisvesting, openbaar vervoer, onderwijs, gezondheidszorg) dat je met een lantaren op zoek moet naar mensen die er nog iets in zien. In heel Europa is het aantal mensen dat lid is van een politieke partij enorm gedaald sinds de jaren negentig. Het gemiddelde staat op iets meer dan 4%. In Nederland ligt het iets boven de 2%…
Politieke wetenschappers vragen zich dan ook ernstig af of de politieke partijen wel het gezag hebben om de bezuinigingen door te blijven voeren. Ze maken zich zorgen over wat een beetje duur heet, de fragmentatie van het politieke centrum (ze worden het niet makkelijk eens). En ze zetten vraagtekens bij de mogelijkheden om regeringen samen te stellen die de bezuinigingen kunnen uitvoeren. Daarvoor missen ze de “politieke legitimiteit”. Dat is in de ogen van de wetenschappers ook de oorzaak van de verschillende opstanden in Europa tegen het bezuinigingsbeleid of de groeiende armoede. Ze waarschuwen voor explosieve ontwikkelingen zoals die in Griekenland, Italië, Spanje, Portugal, Frankrijk en Zweden hebben plaatsgevonden. Ook Turkije en Brazilië vormen een waarschuwing voor de kapitalisten.
Het risico is groot volgens belangrijke kapitalistische commentatoren, dat de politieke partijen die in feite door hun leden al in de steek zijn gelaten, sterk zullen lijken, totdat ze plotseling uit elkaar vallen. De geschiedenis is vol met machtige instellingen die ongemerkt van binnenuit raakten uitgehold en toen in elkaar storten. Dat punt zou in Europa wel eens dichtbij kunnen zijn. Ook in Nederland is de vraag hoe lang VVD en PvdA dit vol houden. Ze houden elkaar stevig vast, dat is zeker. Maar elke nieuwe bezuinigingsronde is een zware test. De komende bezuinigingsronde in Nederland zou 4,3 miljard gaan bedragen, moeilijk genoeg, maar nu is het 6 miljard Euro geworden.
De meest recente strohalm waarmee dit kabinet zich van een strohalm in de samenleving voorzag, het sociaal akkoord, zal worden opgeblazen door de nieuwe bezuinigingen. Langdurige nullijn voor de ambtenaren, harde bezuinigingen in de zorg met misschien wel 100.000 ontslagen, alle maatregelen die met het Sociaal Akkoord even prettig waren uitgesteld, komen weer op tafel.
Het Sociaal Akkoord en de reorganisatie van de FNV (o.l.v. de PvdA-staatssecretaris Jetta Kleinsma) die daaraan vooraf ging hadden tot doel om de regeringsdeelname van de PvdA wat meer steun te geven. Die kreeg de PvdA, de steun van de meerderheid van het bestuursapparaat van de FNV en van een meerderheid die zich door de elektronische stemming voelde aangesproken. Heerts werd op basis van het sluiten van het Sociaal Akkoord zelfs voorzitter van de FNV. Met de nieuwe bezuinigingen hebben de PvdA-bewindslieden geen andere keus dan het Sociaal Akkoord op te blazen. De nieuwe vakbondsleiding komt daarmee in zijn hemd te staan: wat is er dan in maart bereikt? Niets…, behalve een vlaag van goed gevoel over het “herstel van het polderoverleg”. De gure winden van de EU en de langdurige recessie hebben dit lentegevoel in de polder nu grondig verdreven.
De steun voor het kabinet is in de peilingen beperkt. Het zijn maar peilingen, maar in maart volgend jaar komen gemeenteraadsverkiezingen. Als de werkloosheid, om maar één ding te noemen, dan nog steeds boven de 700.000 ligt, verliezen de regeringspartijen die verkiezingen. Dan zullen ze het nog moeilijker krijgen. Als er in 2016 verkiezingen plaatsvinden na een langdurige recessie, met de werkloosheid nog steeds ondragelijk hoog, geen verbetering in zicht, is een ineenstorting van PvdA en VVD en andere traditionele partijen niet eens zo onwaarschijnlijk meer. Er is geen enkele partij in zicht, die het van ze over kan nemen. Of het dan nog mogelijk is om een regering te vormen, die de door de EU gewenste bezuinigingen door te voeren, is nog maar de vraag.
Hoe moeten revolutionair socialisten verder in deze situatie? Het isolement is enorm. Zelfs de enkele demonstrant tegen de monarchie wordt steevast afgevoerd. Verzet lijkt ver weg. De laatste demonstratie tegen de bezuinigingen in de thuiszorg was, ondanks de urgentie van de situatie, niet erg groot. De FNV lijkt in de handen van de PvdA top. De SP heeft bij de afgelopen verkiezingen gefaald, de koers van de SP is niet gewijzigd, de vraag is of dat überhaupt kan, als je het lot van opposanten binnen de SP bekijkt…
Het verzet dat in andere landen opkomt, lijkt in Nederland geen weerklank te vinden. De arbeidersklasse beschikt niet over organisaties, bewustzijn een programma om zijn eisen kenbaar te maken. Maar zelfs in de nieuwe, PvdA-loyale opzet, van de FNV is duidelijk dat de vakbeweging niet kan bestaan zonder verzet. Zonder de actie van de schoonmakers, bij de AH-distributiemedewerkes, was de FNV allang van tafel geweest, dat is voor iedereen wel duidelijk. Het is jammer dat Herman de Haas uit de Rotterdamse haven, geen kandidaat was bij de verkiezingen voor het voorzitterschap, zo’n campagne had een aanloop naar de toekomst kunnen vormen.
Compromissen die na twee maanden al aan de kant kunnen worden geschoven, vormen geen basis voor de nieuwe vakbeweging. Alleen het ontwikkelen van strijd van onderaf biedt een echte basis. Het Comité voor een Arbeiders Internationale (CWI) staat in Europa voor het ontplooien van vakbondsstrijd tegen de bezuinigingen en de oprichting van brede arbeiderspartijen die de politieke belangen van de werkende klasse kunnen behartigen. In Engeland betekent dat de oprichting van de Trade Union and Socialist Coalition (TUSC) binnen de vakbeweging. De vakbonden in Europa en in Nederland hebben de uitdaging van de grootste crisis van het kapitalisme sinds de jaren dertig laten liggen. Hoewel er meer dan genoeg aanleiding was voor massale acties zoals in 2004 tegen de afschaffing van de VUT en de verlaging van de pensioenen, heeft de vakbondsleiding het nooit meer aangedurfd.
De FNV heeft geen bestaansrecht als draagvlakbezorger voor het bezuinigingsbeleid van de PvdA in het kabinet. Hoewel er een zekere marge voor actie binnen de FNV blijft bestaan, zullen de impulsen voor het verzet in de praktijk van buiten de vakbondsbureaucratie moeten komen. Linkse bestuurders zullen meer steun moeten krijgen voor maximale druk op de FNV-leiding om de vakbond als strijdorganisatie niet verloren te laten gaan.
Vanuit het groeiend vakbondsverzet en frustratie over de koers van de SP zal behoefte ontstaan aan een politieke wapen tegen de bezuinigingspartijen. Nieuwe brede arbeiderspartijen waarin vakbondsactivisten en verschillende socialistische stromingen vertegenwoordigd zijn, zijn nodig. In dergelijke organisaties is ruimte voor en behoefte aan een socialistisch programma en een revolutionair socialistisch alternatief.
Betekent dit dat revolutionaire socialisten moeten gaan zitten wachten tot zulke partijen ontstaan? Dat is te makkelijk…ook nu stelt zich de noodzaak van het versterken van de eigen organisatie, van het zoeken naar kaderleden die in de toekomst een rol in een bredere arbeiderspartij kunnen spelen. De behoefte aan socialistische theorie en een socialistisch programma ligt op dit moment op een dieptepunt. Wij zitten in een lange periode (van ongeveer 30 jaar) van afbraak in de arbeidersbeweging, die misschien nog niet helemaal ten einde is. De wederopbouw van de arbeidersbeweging zal tijd kosten.
Voorlopig vormt Socialistisch Alternatief een propagandagroep voor socialistische ideeën. Taak is om deze kleine groep te vergroten en mensen opnieuw te scholen in de basisideeën van het marxisme. Voor alle duidelijkheid: dit is ook een oproep om je op te geven!Net als aan het einde van de 19e, begin 20ste eeuw moeten klassenbewustzijn, arbeidersorganisaties en een programma voor de beweging als het ware uit de klei omhoog worden getrokken. Dat gebeurde toen na een periode van relatief lange stagnatie in de kapitalistische economie in de periode van 1870 tot 1890 in een periode van opleving. De geschiedenis zal zich zeker niet letterlijk gaan herhalen. Het tempo van de wederopbouw van de beweging kan een stuk hoger liggen. Explosies van protest kunnen sterke impulsen geven aan de opbouw van de arbeidersbeweging. Het opbouwen van de arbeidersbeweging in een periode van economische stagnatie is een handicap, maar de ervaring in de VS in de jaren dertig met de opbouw van de vakbeweging (Conference of Industrial Organisations, CIO), bewijst dat het kan.
In de toekomst zullen burgerlijke organisaties en politieke partijen bezwijken onder de bezuinigingsdruk. Hoe goed ze ook zijn in het verkopen van hete lucht en vliegende FYRA’s, er komt een eind aan. Op een zeker moment zal het gebrek aan een alternatief ze niet langer in de lucht houden. Een nieuwe situatie zal zich in de komende periode gaan aftekenen. Het perspectief van langdurige economische crisis en eindeloze bezuinigingen zal het einde van de huidige politiek inluiden. De arbeidersklasse zal opnieuw zijn terugkeer maken op het terrein van de geschiedenis. Wij zien er naar uit. En bereiden ons er ook op voor. Door ons de gestolde ervaring van de arbeidersklasse, de theorie van het Marxisme, eigen te maken en die in de beweging uit te dragen.
• Voor een 24-uursstaking tegen de bezuinigingen;
• Weg met woonakkoord, sociaal akkoord en zorgakkoord;
• Voor een bouwprogramma van sociale woningbouw met betaalbare huren;
• Voor een 32-urenweek om het betaald werk te spreiden en de werkdruk te verlagen;
• Weg met flexarbeid, voor vaste banen met een redelijk inkomen;
• Hou de sociale voorzieningen zoals de WW in stand;
• Voor een programma van openbare werken om de werkloosheid te bestrijden
• Nationaliseer de geprivatiseerde bedrijven zodat de winsten ten goede komen aan de gemeenschap;
• Breng de genationaliseerde banken onder de controle van de werknemers, klanten en gebruikers;
• Nee tegen de monarchie, voor een democratisch socialistische republiek;